Het forum van Ouders.nl is een online community waar iedereen respectvol met elkaar omgaat. Het forum is er voor ouders met vragen over opvoeding, ouderschap, ontwikkeling, gezondheid, school en alle andere dingen die je als ouder tegenkomt in het leven.
20 november 2018 door Arianne Wennekes
Je bent zwanger? Wat leuk! Gefeliciteerd! Wat zag ik er tegenop: bekend maken dat ik zwanger was. Het liefst wilde ik wegkruipen in een hoekje, me verstoppen onder een deken. Al die blije mensen die er maar vanuit gingen dat ik net zo blij was. Ik voelde het niet, ik was niet blij, ik keek niet naar de kleine uit. Ik had een heftige zwangerschapsdepressie.
Het leek me heel bijzonder, zwanger zijn. De kinderwens was aanwezig, we hadden een huisje, een boompje én een beestje. Alle ingrediënten waren er om ook een kindje in ons huis te verwelkomen. Ik keek met gemengde gevoelens naar een mogelijke zwangerschap. Net als zoveel moeders met een kinderwens vond ik het ontzettend spannend. Hoe zou het voelen, zwanger zijn? Zou het goed gaan?
In mijn achterhoofd hoorde ik de gynaecoloog; 'Houd er rekening mee, als jij ooit zwanger raakt, is er een flinke kans op een depressie.' De pil en het spiraaltje hadden meermaals bewezen dat mijn verstandhouding met hormonen slecht was. Deze gynaecoloog was de eerste die eerlijk aangaf dat dit ook gevolgen kon hebben voor een zwangerschap. Maar wie weet zou het meevallen.
Het viel niet mee. Nog voor de hormonen voldoende aanwezig waren om een positieve zwangerschapstest uit te wijzen, wisten wij het al. Ik was zwanger. Ik veranderde als een blad aan de boom. Ik werd labiel, barstte zomaar in tranen uit en er kwam een grote, zwarte wolk in mijn hoofd. Een beginnende depressie kondigde de zwangerschap aan.
Het duurde lang voor ik hulp zocht. Al die tijd dacht ik dat het erbij hoorde. De intense vermoeidheid, niet in staat zijn iets te ondernemen, nergens zin meer in hebben, de enorme gedragsverandering. Het was vast normaal. Ik dacht dat het over zou gaan. Als ik de twaalf weken maar voorbij was, dan zou alles beter gaan. Bij vijftien weken zwangerschap trok mijn man aan de bel. Het ging helemaal niet. Een zwarte wolk had zijn intrek genomen in mijn hoofd én in ons huis.
Huilend zat ik op de bank, avond na avond. 'Iemand moet dit kind uit mijn buik halen, ik kan het niet, ik wil niet meer.' Professionele hulp was ingeschakeld, maar er zijn wachtlijsten in de GGZ en iedere dag werd de depressie erger. De baby in mijn buik voelde als een alien, een parasiet die er niet hoorde, die alles van me afnam. Ik kon de gedachte aan ‘dat kind in mijn buik’ niet meer aan. Steeds vaker hoopte ik dat de wereld zou ophouden te bestaan, zodra ik ’s avonds mijn ogen sloot. Steeds vaker hoopte ik dat ik niet wakker zou worden, of pas wakker zou worden zodra alles over was en er een blije baby in de wieg lag. De zwarte deken over mijn leven nam toe in gewicht.
Ik kwam terecht op de POP-poli, wat een opluchting was dat! De POP-poli is er voor alles rondom psychiatrie en zwangerschap. Ik hoorde dat ik niet de enige was, dat er veel meer vrouwen zijn die dit overkomt. Helaas is er nog weinig openheid over dit onderwerp. De mensen op de POP-poli hielpen me de zwangerschap door. De psychiater schreef medicatie voor, waardoor het leven iets draaglijker werd en waardoor ik wat kracht kreeg om naar de bevalling toe te leven. Daarnaast had ik regelmatig gesprekken om te achterhalen hoe ik de zwangerschap zo goed mogelijk vol kon houden.
Met mijn kiezen op elkaar hield ik het 37 weken vol. Goddank kondigde ons zoontje zich al op tijd aan. Ik kon alleen maar denken; kom maar door met die bevalling! Wat was ik opgelucht toen hij eruit was. Met de komst van ons zoontje verdween de depressie als sneeuw voor de zon. Ik merkte het direct, diezelfde avond nog. De zwarte wolk was weg uit mijn hoofd, verdwenen, opgelost.
Ik heb mijzelf maandenlang afgevraagd hoe het kon. Ik begrijp het nog steeds niet. ‘Een kwestie van hormonen’, aldus de psychiater. Ik kan het niet uitstaan, ik wil weten hoe het werkt. Opgelucht constateerde ik dat ik nu wél kon genieten van ons kindje. De nare zwangerschap en de depressie verdwenen langzaam naar de achtergrond. Het leven nam zijn normale loop weer. De medicijnen zou ik blijven slikken zolang ik een kinderwens had. ‘Ik zie je nog wel terug’ zei de psychiater bij het afscheid. ‘En sneller dan jij denkt.’ Hij lachte. Ik ook, ik geloofde er niets van.
Ik zag hem terug, sneller dan ik dacht. Ons zoontje was zo’n prachtige aanvulling op ons leven. De wens voor een broertje of zusje was groot. We hadden zoveel ruimte in ons huis en in ons hart. We bespraken wat het juiste moment was, de vanzelfsprekendheid was door de kans op een depressie wel verdwenen. We besloten er niet te veel tijd overheen te laten gaan, iedere maand dat ik me beter voelde, zag ik meer op tegen een nieuwe zwangerschap en een nieuwe depressie. We hoopten dat de medicijnen voldoende zouden ondersteunen.
Ik raakte opnieuw zwanger, ruim een jaar na de geboorte van ons zoontje. Weer wisten we voor de zwangerschapstest dat het raak was. De somberheid sloop naar binnen en nestelde zich in mijn hoofd. Ik wist dat hij negen maanden zou blijven en besloot er ondanks de omstandigheden het beste van te maken. Om meer aandacht te geven aan het verschijnsel zwangerschapsdepressie startte ik een blog: Zwarte Roze Wolk. Hier zou ik vertellen hoe het was, zwanger en depressief zijn op hetzelfde moment.
De naam Zwarte Roze Wolk bleek veel toepasselijker dan ik ooit had gewild. Onze toch al niet zo roze wolk werd zwart door gezondheidsproblemen van het meisje in mijn buik. Het was veel: zwanger, depressief en het leven van ons dochtertje onzeker. De blog hielp me om overzicht te houden, om orde te creëren in de chaos. Na een achtbaan die 38 weken duurde, sloten we ons meisje levend in onze armen. De depressie verdween opnieuw direct na de bevalling. Zodra ons meisje eruit was, besloot de depressie te vertrekken. Dankbaar genoot ik van het wonder in mijn armen.
Vijf dagen na de bevalling hoorden we het slechte nieuws. Ons dochtertje kon niet geopereerd worden. We zouden haar op een dag weer los moeten laten. Ik bleef schrijven, het hielp me overleven. Inmiddels heeft dat geleid tot mijn eerste boek: Zwarte Roze Wolk – Over liefde en loslaten. Het is niet per definitie zware kost, al denken mensen dat soms wel. Je krijgt een heel mooi inkijkje in ons leven en de manier waarop we probeerden ons staande te houden in alles. En de belangrijkste boodschap van dit boek is dat je door de liefde voor je kinderen heel veel aankunt. Dus een kleine leeswaarschuwing is op zijn plaats: het boek bevat een flinke dosis liefde.
Veel mensen hebben geen idee dat het bestaat, een zwangerschapsdepressie. Toch ben ik niet de enige. Ik hoop dat meer vrouwen open willen zijn over mentale problemen die gerelateerd zijn aan zwangerschap of bevalling. Met elkaar kunnen wij ervoor zorgen dat er meer bekendheid komt over dit onderwerp. Praat erover. Alleen op die manier zal de wereld om ons heen het gaan begrijpen. Alleen op die manier zullen we ons minder eenzaam voelen. Dan wordt de wereld ondanks onze mentale ongemakken tóch een beetje mooier.
Tijdens haar zwangerschap deelde Arianne ('86) hoe de roze wolk van haar zwangerschap zwart werd. Ze schreef hierover een boek. Samen met haar man heeft zij twee prachtige kinderen.