Ouders Online
Archief
Groen opvoeden - tuinboeken voor kinderen

26 maart 2010

Een gedreven groendocent kan kinderen enthousiast maken voor alles wat groeit en bloeit. Kan een tuinboek dat ook? En zo ja, wat kies je dan?

Bespreking van:

Met meester Bert op ontdekkingstocht door je tuin
door: Bert Ydema & Yvonne de Munck-de Glas
uitg.: Kosmos, 2010
ISBN 9021547589
EUR 19,95

Mijn eerste moestuin
door: Bram Wolthoorn & Roger Klaassen
uitg.: Forte, 2010
ISBN 905877855X
EUR 16,95

 


Zaaien, oogsten, kijken, ruiken en smullen

door Henk Boeke

Zelf heb ik niet ál te beste herinneringen aan mijn 'groene opvoeding'. Op zondag moest ik, wandelend door de tuin, alle planten en bloemen uit mijn hoofd leren. En doordeweeks moest ik ploeteren in de moestuin en de boomgaard. Schoffelen tot de blaren op mijn handen stonden en aardbeien plukken tot mijn rug er pijn van deed. Op mijn scheenbeen zit nog steeds het litteken van toen de bijl uitschoot.

Ook het losknippen van doodsbange vogeltjes die in de netten verstrikt waren geraakt, vond ik niet prettig. Net zo onprettig als die gele komkommers met stekels en harde pitten. Om van de wormstekige appels, zure kruisbessen en beurse pruimen nog maar te zwijgen. Kokhalzend ben ik door mijn groene jeugd gestrompeld.

Ik was dus hogelijk verbaasd dat mijn eigen kinderen zo'n plezier hadden in hun schooltuintjes. De oudste is er zelfs nog jaren mee doorgegaan, op de tuinclub van het buurthuis, zó leuk vond hij het. Hoe kregen de tuinmeester van school en de bioloog van het buurthuis het voor elkaar om mijn kinderen zo enthousiast te maken?

Twee nieuwe tuinboeken
Het geheim was natuurlijk dat die begeleiders zélf zo enthousiast en bevlogen waren. Dat ze verliefd waren op hun vak, meeslepend konden vertellen, en ook nog wat didactische kwaliteiten hadden natuurlijk.

Hetzelfde enthousiasme spat van de pagina's van twee prachtig uitgegeven nieuwe tuinboeken: Met meester Bert op ontdekkingstocht door je tuin, en Mijn eerste moestuin.

Het boek van meester Bert, die zelf jarenlang schooltuin-meester was, gaat over de tuin in het algemeen en wat daar allemaal in te beleven valt. Vanzelfsprekend komt daar ook het zelf tuinieren bij aan de orde, maar het boek is veel breder dan dat. Het is daadwerkelijk een ontdekkingstocht, naar bloemen, planten, beestjes, geuren en kleuren. Een beetje zoals Jan Wolkers dat deed voor de vpro-tv, maar dan wat praktischer.

Het moestuin-boek gaat – de titel zegt het al – vooral over de moestuin en alles wat daarbij komt kijken, maar geeft daarnaast ook informatie over 'het milieu'. Van de ecologische voetafdruk tot het nut van composteren. Vooral aan die ecologische voetafdruk (de ruimte die je nodig hebt om te kunnen leven) worden veel woorden besteed. Heel sympathiek, maar misschien toch wat te belerend. En ook wat minder vrolijk-stemmend dan de rest van het boek.

De aantrekkingskracht van een snoepwinkel
Opvallend aan beide boeken is dat ze zo ontzettend veel bevatten. Veel tekst, veel foto's, veel tips, veel recepten... De makers wilden heel veel kwijt. Eerlijk gezegd weet ik nog steeds niet wat ik daarvan moet denken. Aan de ene kant werd ik er nogal moedeloos van (moet ik dat allemaal lezen?!) maar aan de andere kant heeft het ook wel weer wat. De aantrekkingskracht van een snoepwinkel, zeg maar. Daar hoef je ook niet alles te kopen en te eten om toch zin te krijgen.

Wat ik me ook afvraag, is wat kinderen nu eigenlijk moeten met zo'n boek. Het is echt te veel voor ze om allemaal zelf te lezen. En als je gaat voorlezen ben je ook wel een tijdje bezig, zelfs wanneer je je beperkt tot één seizoen (het moestuinboek is ingedeeld in seizoenen) of één maand (het tuinboek van meester Bert is ingedeeld per maand). Voorlezen is sowieso lastig, vooral bij meester Bert, vanwege de confetti van losse tips, recepten, kadertekstjes en gedachtewolkjes.

Misschien een tip voor toekomstige tuinboek-uitgevers: graag een instructie erbij, hoe je zo'n boek eigenlijk moet gebruiken.

Hamvraag
De hamvraag is: kan een tuinboek een kind enthousiast maken? Ik heb sterk het vermoeden dat het toch iemand van vlees en bloed moet zijn die dat doet. Zolang er geen meester Bert of een gedreven buurthuiswerker in de buurt is, kunt u dat misschien zelf doen. De tuinboeken waar we het hier over hebben, kunnen u dan op weg helpen.

Daarnaast verschilt het natuurlijk van kind tot kind. Het ene kind zal zeker geïnspireerd raken door te bladeren in zo'n boek, terwijl het andere er onverschillig bij zal blijven. Mijn advies zou dan zijn: gewoon proberen, en kijken wat ervan komt.

Welke van de twee boeken u kiest, hangt af van wat u ermee wilt. Als u vooral geïnteresseerd bent in moestuinieren (en de relatie met klimaat en milieu) neem dan het moestuinboek. En als u uw kind wilt inwijden in de tuin als geheel, neem dan de ontdekkingstocht van meester Bert. Wat de kwaliteit betreft is er geen verschil, en afgezien van het voetafdruk-verhaal zijn ze allebei even praktisch en aanstekelijk.

Henk Boeke
[email protected]