Ouders Online
Archief
Opvoeding: cursussen voor ouders – deel 2

Internet-opvoeding

12 september 2003

Sommige ouders volgen een cursus om hun opvoedings-vaardigheden te verbeteren. Soms klinken er zelfs geluiden dat opvoedcursussen verplicht zouden moeten worden. Maar wat houdt dat eigenlijk in, zo'n cursus?

Ouders Online geeft u een kijkje in de keuken, door middel van verslagen van ouders. In deze tweede aflevering van een reeks ervarings-verslagen vertellen Kees Mol (vader) en Jannie Kuipers (jeugdbibliothecaris) over de cursus "Mijn Kind en Internet".

Bent u ook op cursus geweest en wilt u ons vertellen hoe het was? Mail naar [email protected].


Mijn kind en Internet

door Kees Mol en Jannie Kuipers
eindredactie Justine Pardoen

cursus: Mijn kind en Internet
gegeven door: Bamber Delver
gevolgd: herfst 2002
plaats: Openbare Bibliotheek, Heiloo
duur: 3 avonden (van elk 2 uur)
doelgroep: ouders met weinig Internet-ervaring
doel: samen met andere ouders op een gemakkelijke, niet-technische manier meer te weten te komen over wat hun kinderen (willen) doen.
oordeel: waardevol

Kees Mol is vader van twee kinderen op de basisschool. "Ik bekeek het Internet-gebruik van mijn kinderen alleen vanuit het oogpunt van kostenbeheersing. Nu zijn mijn ogen geopend voor de goede kanten van het Internet voor kinderen."

Jannie Kuipers is jeugdbibliothecaris in de bibliotheek van Emmen. "Wat mij aanspreekt in deze cursus is dat het niet een pasklare oplossing geeft, maar dat ouders al pratende en door middel van de thuis-opdrachten een oplossing formuleren die past bij hun eigen situatie, bij henzelf en hun kinderen. De cursusleider spreekt geen waarde-oordeel uit over hoe je het thuis doet of geregeld hebt."

De ervaringen van Kees Mol

In het plaatselijke weekblad "De Uitkijkpost" las ik een artikel over de cursus "Mijn kind en internet". Deze cursus bestaat uit drie avonden waarin uitleg wordt gegeven over het Internet, maar waar vooral gelegenheid wordt gegeven om ervaringen met andere ouders te delen. De cursus wordt in de bibliotheek in Heiloo gegeven door Bamber Delver. Deze naam valt me op: mijn zoon die in groep 7 van de basisschool zit, vertelde laatst iets over meester Bamber. Hoe zat dat ook alweer?

Ik roep Martijn bij me en vraag wat voor les meester Bamber gegeven heeft in zijn klas. Martijn vertelt me dat meester Bamber de klas gevraagd had wat hun ervaringen met Internet zijn, en of de kinderen bij problemen hulp aan hun ouders konden vragen. Zoals wanneer ze aanlopen tegen ongewenste websites. Hierna moesten ze een opstel schrijven over hun ervaringen met het Internet.

Kabel versus telefoon
Mijn interesse is gewekt: dat wil ik eigenlijk ook wel weten. Ik besluit me voor de oudercursus op te geven. De eerste avond maak ik kennis met Bamber Delver en zes andere ouders die ook deze cursus gaan volgen.

Tijdens het voorstellen inventariseren we de gezinssamenstelling, de leeftijd van de kinderen, de plek waar de computer staat en wat voor soort Internet-verbinding er is. De meeste ouders hebben, net als ik, kinderen in de bovenbouw (groep 7-8) en in de middenbouw (groep 4-6) van de basisschool. Twee ouders hebben kinderen in het voortgezet onderwijs.

Het verschil met de twee voortgezet-onderwijs-ouders valt gelijk op: de 12-plussers zitten veel op Internet. Ze chatten veel. Het is dan ook niet vreemd dat er in die gezinnen een Internet-aansluiting via de kabel is. De gezinnen met kinderen op de basisschool hebben vaak nog een telefoonverbinding.

Kostenbeheersing
Bij ons thuis zijn er twee surfende kinderen: mijn zoon Martijn (groep 7) en mijn dochter Lisanne (groep 4). Martijn surft meer dan Lisanne. Meestal gaat het bij hen om het zoeken van informatie voor een werkstuk, maar ze spelen ook spelletjes.

In bijna alle gevallen zitten mijn echtgenote of ikzelf erbij als ze op Internet zijn, vanuit het oogpunt van kostenbeheersing. Chatten, dat doen mijn kinderen (nog) niet. Ik leer ze ook dat het geld kost, en zuinigheid is zo gek nog niet. Dat heb ik ook in mijn eigen opvoeding meegekregen: wat heeft het voor zin om lang te telefoneren met vrienden of vriendinnen die ze kort geleden nog gezien hebben of spoedig weer zullen zien?

Sociaal gebeuren
Door de cursus ben ik wel met andere ogen gaan kijken naar het gebruik van Internet, ook als het gaat om chatten. Het is in feite een sociaal gebeuren, dat heb ik nu ontdekt. Ze chatten niet 1-op-1, maar in een groep. En als je een goede chat-room kiest, wordt er ook wel gelet op taalgebruik en scheldgedrag. Personen die zich te grof gedragen, kunnen uit de chat-groep geweerd worden. En het blijkt dat kinderen ook eenvoudige, maar doeltreffende trucjes hebben om volwassenen uit hun chat-groep te weren.

Bamber laat ons ook enkele opstellen lezen die hij in verschillende bovenbouw groepen heeft laten maken. Het opstel van mijn eigen Martijn lees ik geïnteresseerd door. Hij schrijft dat hij bij problemen meestal bij zijn ouders terecht kan, dat hij op school wel eens gechat heeft en dat hij weet hoe hij ongewenste e-mail kan blokkeren. Ik sta verbaasd: dat weet ik zelf niet eens!

Huiswerk
Aan het einde van de eerste avond krijgen we twee huiswerk-opdrachten mee. De eerste is om samen met je surfende kind zijn 10 favoriete websites te gaan bekijken.

Samen met Martijn ben ik een paar dagen later achter de PC gaan zitten. Hij vindt het bijzonder interessant om mij te helpen met mijn huiswerk voor meester Bamber.

We bezoeken een aantal bekende sites, zoals die van de WNF-rangerclub, de website van de KNVB, en de website van Z@ppelin. Maar ook voor mij volstrekt onbekende sites. Zijn favoriete site blijkt www.nuspelen.nl te zijn. Op school maakt hij hier regelmatig gebruik van om allerlei spelletjes te bekijken en te spelen.

De tweede opdracht moet ik alleen doen. Via www.surfopsafe.nl moet ik de zelftest doen. Ik beantwoord tien vragen en krijg na afloop m'n score plus de juiste antwoorden te zien: 90% goed. Het streelt m'n ego, dat ik blijkbaar meer van het Internet weet dan ik dacht.

[Noot van de redactie, d.d. 24 augustus 2006 - de campagne Surfopsafe is inmiddels vervangen door de campagne Digibewust. Zie: www.digibewust.nl.]

Dezelfde ervaringen
De tweede bijeenkomst delen we elkaars ervaringen over het samen met je kind surfen op het Internet. Veel ouders hadden dezelfde ervaring als ik. We dachten dat onze kinderen niet wisten wat chatten was, terwijl ze dat op school al enkele malen geprobeerd hadden!

De tweede thuisopdracht, over Surfopsafe, wordt ook nabesproken. Hier zijn de resultaten heel verschillend.

Bamber laat ons via de beamer verschillende websites zien die favoriet zijn bij kinderen. We ontdekken de enorme diversiteit in de verschillende sites, maar we zien ook de meest irritante pop-ups voorbij komen. Bamber laat ons zien hoe we ze kunnen weren.

Ongewenste email
Ook legt hij ons uit hoe we afzenders van ongewenste e-mail kunnen blokkeren. Je weet maar nooit: als je kind vervelende mailtjes krijgt van een onbekende klasgenoot, kun je die onderdrukken.

Verder komen allerlei risico's ter sprake, zoals rsi, verslaving, virussen, hackers, betaalde sites en privacy.

Mijn probleem
Ikzelf legde mijn probleem voor dat wij, sinds de kinderen hun eigen e-mail adres hebben, zoveel vunzige en andere ongewenste mail krijgen.

Bamber vroeg meteen of in de e-mail-adressen van de kinderen hun voornamen zaten. Het kan zin hebben om dat te vermijden en in plaats daarvan verzonnen namen te gebruiken.

Aan het eind van de avond krijgen we weer twee opdrachten mee. Nu moeten we de zelftest samen met de kinderen doen en naar twee Disney filmpjes kijken. Deze filmpjes leren kinderen op een speelse manier nadenken over het achterlaten van je eigen gegevens op het Internet.

Waardevol
Martijn en Lisanne gaan om de beurt weer enthousiast met me achter de computer zitten. De zelftest vinden ze allebei nog moeilijk, maar met een beetje hulp halen ze toch nog scores van 60 en 70%.

De tweede opdracht valt ook goed in de smaak. De filmpjes van Mickey Mouse en Goofy, en van de wolf en de drie geitjes, vinden ze grappig. Duidelijk, maar toch ook voorspelbaar: voor hem lag het er duimendik bovenop wat de drie geitjes fout deden.

Ik vond het een waardevolle ervaring om zo bewust samen met mijn kinderen achter de computer te zitten en over het net te surfen.

Derde avond
De derde avond delen we weer elkaars ervaring met de thuis-opdrachten. Bamber geeft ons links en rechts nog nuttige tips over het omgaan met de kinderen en regels voor computer-gebruik.

Hij besluit de cursus met het uitdelen van het boekje "Veilig Internetten" van de landelijke campagne Surf op Safe. Ook wijst hij nogmaals op het cursusboekje "Mijn kind en Internet", waarin alle tips die deze drie avonden besproken zijn, teruggelezen kunnen worden.

Commentaar van Jannie Kuipers

Jannie Kuipers is jeugdbibliothecaris in de bibliotheek van Emmen. Zij is opgeleid om de cursus "Mijn kind en Internet" te geven aan groepen ouders. Wat vindt zij van de cursus?

"Ik denk dat deze cursus echt iets biedt voor mensen die het gevoel hebben de weg kwijt geraakt te zijn toen hun kind op Internet ging surfen. De cursus bestaat uit drie bijeenkomsten waarin gepraat wordt over de ervaringen die ouders hebben met hun internettende kind, welke risico's ze zelf zien en waar ze een oplossing voor willen hebben. Ook gaat het over mogelijke thuisregels die ieder voor zich kan opstellen. Een Internet-filter is naar mijn mening niet afdoende: je moet je kind weerbaar maken voor wat het kan tegenkomen op Internet, en hoe het daarbij kan reageren."

"Wat moet je doen als 'Joost van 13' waar je mee chatte, wel heel vreemde voorstellen doet, of rare taal begint te chatten? Is het verstandig om jezelf voor te doen als 18-jarige als je nog maar 11 bent? Hoe reageer je op foto's van blote mensen, die ineens tevoorschijn komen? En geef ik overal mijn email-adres, of mijn echte adres? Is het verstandig om je betaalrekening te geven, of je foto op te sturen? Of een afspraak te maken met iemand die ik via Internet ken?"

"Wat mij aanspreekt in deze cursus is dat het niet een pasklare oplossing geeft, maar dat ouders al pratende en door middel van de thuis-opdrachten een oplossing formuleren die past bij hun eigen situatie, bij henzelf en hun kinderen. De cursusleider geen waardeoordeel over hoe je het thuis "doet" of geregeld hebt."

"Het is dus geen luistercursus maar een praatcursus. Je praat samen met mede-ouders over dit onderwerp. En de bedoeling is dat de communicatie met je kind op gang komt. Dat gebeurt meteen al na de eerste les, alleen al door de opdracht waarbij je samen met je kind aan de slag gaat op de computer. Je hoeft zelf niet echt internet-vaardig te zijn, maar je moet wel kunnen e-mailen en surfen."

Meer informatie
De cursus Mijn kind en Internet wordt gegeven in openbare bibliotheken, door plaatselijke bibliotheek-medewerkers die daarvoor opgeleid zijn. De cursus is bedoeld voor ouders met kinderen tussen 9 en 13 jaar oud. Informeer bij uw plaatselijke bibliotheek of zij de cursus ook geven en wanneer.

De oudercursus "Mijn kind en Internet" is een gezamenlijk initiatief van:

  • ProBiblio
  • de NBLC
  • de Safe Internet Foundation
  • en De kinderconsument
    in het kader van de campagne Surf Op Safe.

    Kees Mol en Jannie Kuipers
    p/a [email protected]