5 maart 2006 door RianneJ

Mijn kind is verbrand door heet water

Het zoontje van RianneJ is verbrand door kokend water toen hij 2 jaar oud was. Hier vertelt ze wat een enorme impact dit heeft gehad (en nog steeds heeft).

Vier jaar geleden vierden onze buren feest. Veel kinderen, bezoek met kinderen, wij met drie kinderen, het was een volle bak.

Het feestje was in de woonkeuken. Tussen het kookeiland en de tegenoverliggende muur was een speelplek. De buurkinderen speelden daar altijd. En als wij langs gingen, zaten onze kinderen daar ook altijd bij de mand met speelgoed.

Ook nu dook onze jongste zoon, net 2 geworden, direct bij dat speelgoed. De buren waren druk bezig iedereen van koffie en thee te voorzien, en wij stelden ons voor aan de aanwezigen.

Het klonk niet als een kind van mij

Na een kwartiertje gilde er ineens een kind heel erg hard. In eerste instantie reageerde ik niet, omdat het té hysterisch klonk. Dat was geen kind van mij.

Eén van de andere moeders sprong op, rende naar het kookeiland, pakte een kind van de grond, en riep vragend waar de badkamer was. Op dat moment drong het tot me door dat het mijn eigen kind was. Een blik op het aanrecht, een omgevallen waterkoker, een volle theepot en een verstijfde buurman maakten duidelijk wat er was gebeurd.

Ondertussen rende de andere moeder de trap op naar de badkamer. Toen ik boven kwam, stond mijn zoon al in het bad en onder een lauwe douche. Ik kreeg opdracht om mijn zoon vast te houden en te troosten, zodat zij zijn rug kon douchen. Ze kleedde hem heel voorzichtig onder het water uit, en vroeg de buren om pijnstillers. Hij kreeg een zetpil en ik wist niet of ik dat goed moest vinden of niet. Maar ik was wel blij dat iemand anders beslissingen durfde te nemen, en dat ze leek te weten wat ze deed.

Ik zag hem kapot gaan

Op de rug van mijn zoon ontstonden grote blaren, van 10 cm doorsnee en 2 cm dik, die na het opkomen kapot gingen. De vellen hing na een paar minuten van zijn rug en schouder. Ik zag hem kapot gaan.

Naast me stond de buurman te huilen. Hij bleef sorry zeggen en mijn kind over zijn haar aaien. Hij was een meelijwekkend hoopje mens aan het worden. De moeder gaf mijn man opdracht thuis droge kleren te halen en een grote schone handdoek en de auto.

Een kwartier na de eerste gil, zat ik met een koud, bloot, huilend hoopje mens op schoot in de auto. Ik heb nog wel gevraagd wat die andere moeder normaal gesproken deed. Ze bleek een arts te zijn, en dus inderdaad te weten wat ze deed.

Anders dan anders

Bij het ziekenhuis aangekomen, bleek het anders te werken dan anders. Als je bij de poort meldt dat je een kind met brandwonden bij je hebt, gaat de slagboom meteen omhoog en word je opgewacht door artsen. Geen wachtkamer, en geen gedoe over pasjes en verzekeringen.

We mochten gelijk door naar een behandelkamer. Ik stond te trillen op mijn benen, en wilde ons kind op de behandeltafel neerzetten, maar de aanwezige arts drong er op aan dat ik hem vast bleef houden. Achteraf bleek haar theorie te zijn dat ik overeind zou blijven zolang ik voor hem moest zorgen, en zou instorten als ik hem neer zou zetten. Een behoorlijk accurate inschatting.

Ze wilde weten wat er gebeurd was en wat er al gedaan was. Dat hij al bloot was, en gedoucht, en al een pijnstiller had gehad, werd positief ontvangen.

Mijn zoon kreeg een soort gel-pack op zijn verbrande plekken, dat de warmte uit zijn huid moest trekken. Samen kregen we een isolerende deken om. We werden in een kamertje gezet en de speelgoed-ton werd bij ons geparkeerd. Zo moesten we het maar een tijdje uithouden.

Film terugspoelen

Mijn man besloot thuis te gaan kijken, want de andere twee kinderen waren natuurlijk nog op het feestje. Die hadden we een beetje vergeten. Ik las mijn zoon voor, waardoor hij in slaap viel. In mijn natte kleren kreeg ik het ongelofelijk koud. Niet alleen van die natte kleren, maar ook van de stress die op dat moment pas toesloeg.

De verpleegkundige kwam koffie en een deken brengen en zo hebben we ruim een uur gezeten. Mijn zoon sliep, terwijl ik in mijn hoofd de film terugspoelde. Had ik iets anders moeten doen? Moeten inschatten dat spelen onder een kookeiland niet verstandig was? Heb ik wel goed opgelet? Moest ik boos zijn op de buurman?

Daarna werd mijn zoon wakker en kwam er een volgende arts naar zijn rug en schouder kijken. Het zag er goed uit, hij kreeg een gaasje op de verbrande plekken en werd in het verband gerold. Nog een advies over pijnstilling – we mochten best veel geven – en we mochten naar huis. Over een week terugkomen op de polikliniek.

Afbeelding - De dag na het ongeluk

De dag na het ongeluk

Verwijtende toon

Dan ga je het verhaal vertellen aan iedereen die je tegenkomt. Al snel ontdekten we dat het verstandig was om wat meer te vertellen dan alleen maar: "Hij heeft kokend water over zich heen gekregen". De standaardreactie was dan steeds dat hij daar nu wel van geleerd zou hebben. Of dat wij nu voortaan wel beter zouden opletten. Beide reacties op heel verwijtende toon uitgesproken.

Het volledige verhaal riep meestal wat meer begrip op, én het besef dat je echt niet alles in de hand hebt.

Die week was een rare week. Na een paar dagen had hij al geen pijnstilling meer nodig, hij was tierig en leek er weinig last van te hebben. Met het idee dat het allemaal wel mee zou vallen, gingen we dus een week later naar de polikliniek.

Dikke laag witte schimmel

Dat bezoek liep uit op een nare verrassing. Het verband moest van de wond, maar zat helemaal verkleefd. Na een hele tijd trekken aan het verband bij een huilende zoon, kwam er een lelijke grote witte wond te voorschijn. Het zag eruit alsof er een dikke laag witte schimmel op stond. Eigenlijk zag het er veel beroerder uit dan op de dag dat het gebeurde.

Ineens kregen we ook heel andere adviezen mee. Iedere dag moest het verband van de wond af, en moesten we de wond met lauw water schoonspoelen. Daarna weer inpakken met gaas en verband. Na een week terugkomen.

Streptokokken-infectie

De week erna zag het er niet veel beter uit. Weer een andere dokter liet een kweek nemen van de wond en weer een week later bleek dat er sprake was van een streptokokken-infectie.

Ondertussen waren we al twee weken bezig met iedere avond een verbandwissel bij een huilende 2-jarige. Hij wilde niet meer in bad en niet onder de kraan. De streptokokken-infectie moest bestreden worden met een zalf. Na het schoonspoelen iedere avond de wond afdekken met een gaasje vol met zalf.

Wat ons later verbaasde, was dat het verplegend personeel ons altijd de verbanden liet verwijderen vóór zij de onderzoekkamer inkwamen. Want dan ging hij de pijn niet associëren met dokters. Op dat moment logisch, maar later vroeg ik mij af of het dan beter was als hij de pijn met óns associeerde.

De behandeling met zalf werkte prima en 6 weken later werden we van verdere behandeling ontslagen.

Rare huid

Op het schouderblad van mijn zoon en bovenop zijn schouder zit nu rare huid. Die huid heeft nu putjes, alsof het grove poriën zijn. En op zijn schouder zit een bobbel, de huid is daar verkleefd.

De volgende zomer kwamen we erachter dat die huid niet tegen de zon kan. Zelfs een uurtje zonder shirt in de zon geeft grote verbrandingen. Nu loopt hij dus altijd met een hemdje aan, en wordt hij altijd ingesmeerd met factor 30.

Ieder jaar bedenk ik me dat ik de nieuwe leiding van de BSO en de nieuwe juffen en meesters moet vertellen dat hij niet in blote bast in de zon kan spelen. Zelfs niet voor even. Ieder jaar vertel ik mijn schoonmoeder weer dat hij op het strand écht in een hemdje moet lopen. En ieder jaar opnieuw is er wel een dag dat we iets over het hoofd zien. Dat onze zoon lekker aan het spelen is, maar eind van de dag een heel rode plek op zijn rug heeft. Eens in de zoveel tijd kijken we of de huid op zijn schouder niet te veel trekt, en dan denken we er bijna een jaar niet meer aan.

Schuld en schaamte

Het litteken zit er, en niet alleen op hem. Nog steeds wil ik alle kinderen de keuken uit hebben als ik met pannen ga lopen. En mijn waterkoker staat achter op het aanrecht.

Mijn man en ik hebben ons lang schuldig gevoeld en geschaamd voor het ongeluk. Hadden we toch niet beter moeten opletten? Wat zeg je als mensen vragen hoe het gekomen is? Eindeloos uitleggen hoe de situatie was, of doen alsof we nét te laten waren om hem te redden? "We zagen de waterkoker gaan, maar ja, je haalt het gewoon niet..." Of de buurman de schuld geven? Wel zo makkelijk. Hij voelde zich schuldig genoeg om dat te kunnen doen. Maar wás hij wel zo schuldig?

Het waren geen buren waar we iedere dag zaten, maar wel leuke mensen, die we als heel verantwoordelijk inschatten. Leuke ouders, altijd bereid om even de babyfoon te nemen, die altijd gezellig een praatje maakten met de kinderen. Het schuldgevoel van de buurman uitte zich in een MEGA-grote radiografisch bestuurbare auto de volgende dag, waar onze zoons ontzettend blij mee waren. Hij kwam bijna dagelijks vragen hoe het ging. Pas enkele maanden later hebben we hem de wond laten zien en zoals verwacht huilde hij weer.

Alerter geworden

We zijn nooit boos op hem geweest. Wel heeft het ons bewust ervan gemaakt dat je in het huis van iemand anders er niet vanuit kunt gaan dat het daar veilig is voor kinderen. Ook niet als daar kinderen in dezelfde leeftijd wonen. We zijn er alerter door geworden. En ik ben me nu veel bewuster waar de kinderen zijn, als we ergens naartoe gaan.

Uiteindelijk heb ik me het meest schuldig gevoeld over het moment dat mijn zoon huilde en ik dat niet herkende. Dat een andere vrouw als eerste reageerde en niet ik. Voor mijn zoon is het een feit. Hij heeft een "zere" schouder, daar is "hete water" op gevallen bij de buurman. "Kan gebeuren" zegt hij dan.

Dat het litteken onder een hemdje valt, scheelt denk ik heel erg. Als het in zijn gezicht had gezeten en voortdurend zichtbaar zou zijn, was het een heel ander verhaal geweest.