Terug naar boeken voor ouders Home
Leeszaal
 
James Bray & John Kelly
Stiefouders en stiefkinderen. De valkuilen en de oplossingen.
Uitgeverij De Boekerij bv, Amsterdam 1999,
ISBN 90 225 2537 6
prijs ca. ƒ 34,50

Eerder dit jaar verscheen een boek dat is voortgekomen uit tien jaar onderzoek naar het fenomeen 'stiefgezin'. Grote spanningen zijn vooral in het begin meer regel dan uitzondering, wat soms een nieuwe scheiding tot gevolg heeft. Succes ook voor, maar vaak nadat er veel en intensief met elkaar gesproken en onderhandeld is. En soms pas na interventies van een hulpverlener, die vooral goed op de hoogte moet zijn van de specifieke problemen van het stiefgezin.

200 gezinnen, 10 jaar gevolgd
Het gaat in het boek over gezinnen met kinderen waarin, meestal als gevolg van echtscheiding, de partner van een van de ouders niet de biologische vader of moeder is. James Bray en John Kelly bestudeerden tien jaar lang ruim tweehonderd Amerikaanse gezinnen. James Bray werkt als klinisch psycholoog met stiefgezinnen die hulp nodig hebben, vanwege de problemen waar zij niet meer geheel op eigen kracht uitkomen. In het boek worden zowel de belangrijkste conclusies uit het wetenschappelijk onderzoek besproken, als voorbeelden uit de praktijk van Bray.

Al snel wordt duidelijk: een stiefgezin is geen kerngezin. Kerngezinnen zijn gezinnen met kinderen en twee biologische ouders. In elk gezin worden offers gebracht om het gezin als geheel goed te laten functioneren. Er zijn een aantal 'ikken' en er is 'wij' en soms staan de belangen van deze twee haaks op elkaar. Bray stelt dat een stiefgezin voor het brengen van deze offers meer gelegenheid biedt. Het gezin kan niet goed functioneren als: "Wantrouwige kinderen niet begrepen worden en met ex-huwelijkspartners geen hanteerbare relatie wordt gecre�erd." Het doel van het boek is te laten zien hoe kansen benut kunnen worden en om gereedschap aan te reiken om te komen tot een stabiel stiefgezin.

Drie archetypen
Bray stelt dat stiefgezinnen onder te verdelen zijn in drie archetypen. Dit zijn het neotraditionele, het matriarchale en het romantische stiefgezin. Hij concludeert dat het neotraditionele en het matriarchale type de meeste kans van slagen hebben en het romantische type het minst. Bedenk wel dat een gezin nooit tot uitsluitend ��n type gerekend kan worden, maar vaak ligt er wel ��n het meest voordehand en is herkenbaar.

Een kenmerk van het neotraditionele stiefgezin is een duidelijk 'wij-gevoel.' Voorts heeft de stiefvader een duidelijke rol, er zijn overeenkomstige waarden en overtuigingen en er ontstaat een hechte huwelijksband.

Een kenmerk van het matriarchale stiefgezin is dat het gezag en de macht om besluiten te nemen hoofdzakelijk bij de vrouw ligt. De stiefvader vervult in dit gezinstype een andere rol. Hij is meer op afstand, maar wel betrokken in die zin dat hij een zekere contolerende functie vervult naar de kinderen. Het echtpaar heeft meer activiteiten samen, waardoor zij de band verstevigen.

Een kenmerk van het romantische stiefgezin is dat de leden hoge verwachtingen hebben van elkaar en het gezin die zelden uitkomen. Teleurstelling is hier dan ook ��n van de oorzaken die kunnen leiden tot een nieuwe scheiding. Er is een sterk ideaalbeeld van het kerngezin en men heeft voor ogen een kerngezin te willen worden. Tevens is er een soort hoop dat het nieuwe gezin de pijn en ellende uit het eerste huwelijk kan goedmaken.

Cycli
Naast de drie archetypen maakt Bray een indeling in cycli waarin het stiefgezin verkeert. Elk gezintype kent daarbij de eigen valkuilen en oplossingen. De beschrijving van die valkuilen schetsen geen negatief beeld. Hij stelt duidelijk dat een stiefgezin veel inzet en flexibiliteit van alle leden vraagt, maar dat een stiefgezin ook veel leermomenten kent en dat kinderen vaak goed functioneren, wanneer er aan een aantal voorwaarden voldaan wordt.

Bray heeft door het hele boek heen veel aandacht voor de kinderen in de verschillende gezinstypen, en doet daarmee de verwachting uit de titel recht. Ook zegt hij iets over de ontwikkelingsfasen van het kind, met name over de puberteit, een periode die ook voor kerngezinnen niet altijd even makkelijk verloopt.

Leesbaar boek
Stiefouders en Stiefkinderen is een goed leesbaar boek. Je vindt er veel voorbeelden en beschrijvingen in van interacties tussen de verschillende leden van het stiefgezin. Soms wordt het daardoor wat onoverzichtelijk. Ook moet je als lezer regelmatig een vertaalslag maken naar de Nederlandse situatie.

Bray en Kelly besteden ook expliciet aandacht aan seksualiteit binnen het stiefgezin, maar ik vind dat dit niet zo goed uit de verf komt. Het blijft een beetje hangen bij bepaalde kledingadviezen en het onopvallend in de gaten houden van de tieners, wanneer zich van beide partners kinderen van min of meer dezelfde leeftijd in het gezin bevinden, b.v. tijdens weekend bezoeken.

Weinig aandacht voor stiefmoeder
Wat ik ook jammer vind, is dat het onderzoek -- en dus het boek -- zich beperkt tot de rol van de stiefvader. Dit komt voort uit de constatering van Bray dat er meer stiefvaders dan stiefmoeders bestaan. De kinderen blijven immers bij echtscheiding meestal bij de moeder wonen en er is sprake van een stiefvader als de vrouw een nieuwe relatie krijgt. Een aantal zaken zijn naar mijn idee niet zomaar om te draaien, omdat een stiefmoeder een wezenlijk andere positie inneemt dan een stiefvader. De enkele voorbeelden die Bray beschrijft bevestigen dit ook.

Natuurlijk neemt dit niet weg dat het goed is dat er zo'n uitgebreid onderzoek is gedaan. Juist de rol van stiefvaders komt nu eens ruimschoots naar voren. Bijvoorbeeld de achterliggende, vooral emotionele redenen, die zij soms hebben om afstand van hun eigen biologisch kinderen te nemen. Ik vond het boek de moeite van het lezen waard: herkenbaar voor de doelgroep en waarschijnlijk biedt het stiefgezinnen met stiefvaders een hulpmiddel.

Dani van Scheltinga

Copyright © 1996-2001 Ouders Online BV
Uitsluiting aansprakelijkheid
Pagina voor het laatst bijgewerkt op: 16 november 2000