Terug naar overzicht Leeszaal

Uit de bladen

september 1997 (bijgewerkt tot 1 september)

'Het gezin is in', constateerden we een tijdje terug in de inleiding van deze rubriek. En hoe! Deze periode lijkt er vooral aandacht voor de gezinsgrootte. HP/De Tijd (15 augustus, week 33) signaleert het grote gezin als nieuw statussymbool. 'Hoe meer kinderen, hoe meer vreugd (en status)' staat er op het omslag.

Steeds meer Nederlanders krijgen een derde of een vierde kind. In Nederland. Zou dat ook in andere Europese landen zo zijn? En in Amerika? Hoe zou het komen; zijn de moeders een nieuw type 'moderne vrouw' of juist niet? Aanleiding genoeg tot wilde speculatie over oorzaken en beweegredenen. Auke Kok, auteur van het artikel in HP/De Tijd zocht ook via Ouders Online contact met grote gezinnen. We verwachten dat de ouders van grote gezinnen in de toekomst nog meer van zich zullen laten horen, wellicht ook op deze site (zie ook: Van de redactie) van deze maand.

Onze selectie van de afgelopen maand:

  • Gezinnen worden groter
  • Het gezin als statussymbool
  • Kinderen kosten geld
  • Kind wil voorrang op auto
  • Kinderen zonder honger
  • Scouting en knuffelen
  • Vroege puberteit door chemicaliën
  • 'Ideale ouders bestaan niet'
  • Heeft postcoïtum test nut?
  • Kinderen van verstandelijk gehandicapten?
  • J/M: mooi nieuw blad
  • BabyLeeszaal: oud blad in nieuw jasje
  • Gezinnen worden groter

    Het Parool, 15 augustus 1997

    Er worden opvallend meer kinderen geboren, en dat komt doodat meer mensen een derde of vierde kind krijgen, meldt Het Parool. Volgens P. Oomens (macro-econoom bij het Centraal Bureau voor de Statistiek) komt dat door de gunstige economische omstandigheden. Hij vergelijkt het krijgen van een kind met de aanschaf van duurzame consumptiegoederen.

    Ook in de omringende landen stijgt het aantal geboorten. Volgens Oomens volgt het geboortecijfer de economische situatie: anderhalf jaar na een economische topsituatie is er een stijging van het aantal geboorten. Hieruit kun je volgens hem precies zien hoeveel tijd mensen nodig hebben om zwanger te worden.

    Gezinssocioloog K. de Hoog van de Landbouwuniversiteit Wageningen vindt de economische verklaring onzinnig. We hebben in onze geschiedenis heel wat perioden gehad dat het wat slechter ging, en dan zag je niet een daling van het aantal geboorten. Bij de keuze voor kinderen speelt heel wat meer mee dan de economische omstandigheden. Te denken valt aan het aantal vrouwen in de vruchtbare leeftijd, maar ook aan de kansen van vrouwen op de arbeidsmarkt.

    "Goed te onderzoeken is het niet", zegt De Hoog. "Als je mensen vraagt waarom ze een kind krijgen, geven ze altijd sociaal wenselijke antwoorden. Ze zullen nooit zeggen 'om mijn huwelijk te redden' of 'omdat ik me te pletter verveel'".

    De Hoog gelooft niet dat we nu ineens een keerpunt hebben bereikt en terugkeren naar de grote gezinnen van de jaren vijftig.

    Het gezin als statussymbool

    HP/De Tijd, nummer 348, week 33, 15 augustus 1997

    "Ik zou er wel tien willen, maar dat zal wel niet meer gebeuren. Ik denk steeds: op een dag voel ik dat mijn gezin compleet is; alleen dat gevoel komt nooit. Steeds begint het weer te kriebelen."

    Auke Kok portretteert in HP/De Tijd vier zeer grote gezinnen. Ook hij komt er niet achter wat de ouders van de grote kinderscharen nu werkelijk drijft. Kok roept een sfeer op dat het gaat om een nieuwe manier van erop los fokken. Niet vanwege religieuze, ideële of wat voor soort motieven dan ook, maar zomaar. Omdat het gezellig is, en vooral omdat het kan. De rem van de portemonnee is verdwenen.

    In dat kader tekent Kok soms afschuwelijke uitspraken van ouders op. Zij: 'Ik geloof dat ik zwanger ben'. Hij: 'Als je maar niet denkt dat ik een poot uitsteek naar die derde'. Waarop zij, gevat: wat zou dat voor verschil maken met nu? Waarmee het pleit beslecht was. "Zo simpel ging dat, dieper dachten ze er niet bij na." Of: Hij: "De eerste drie jaar is er niets aan. Met een hond heb je meer contact." Het artikel roept vooral meer vragen dan er beantwoord worden. Zijn het dan alleen de vrouwen die hun gezin zo groot willen hebben? En zo ja, waarom zouden dan vooral vrouwen de behoefte hebben om 'anders dan anders' te zijn, of hun status te verhogen?

    Het merendeel is blank en middelbaar tot hoger opgeleid. Het zijn vooral vrouwen die in eerste instantie het krijgen van kinderen uitstelden, omdat ze wilden werken. Maar waarom dan zoveel? De toename van grotere gezinnen is overigens niet alleen in Nederland waarneembaar, maar ook in Frankrijk en Zweden. In België en Duitsland is de terugloop van grotere gezinnen gestopt, maar in de mediterrane landen worden de gezinnen nog steeds kleiner.

    Kinderen kosten geld

    Perspekt (ABN Amro), augustus 1997.

    Grappig genoeg vraagt iemand van de bank ABN Amro zich af hoe het toch komt dat toenemende rijkdom altijd gepaard gaat met een afnemend kindertal. De vragensteller lijkt dus niet echt op de hoogte van de tendensen in ons land. Het stukje eindigt met het volgende. "Kinderen ruïneren de kwaliteit van je leven, zo schrijft Intermediair, en dat doen ze omdat je geen bezit overhoudt." De ouders van grote gezinnen zijn hiermee (door ABN Amro!) nogmaals gewaarschuwd.

    Kind wil voorrang op auto

    De Volkskrant, 6 augustus 1997

    Veilig Verkeer Nederland pleit voor het invoeren van dertigkilometer-zones rond scholen op veelgebruikte routes van scholieren. Dit zei de VVN bij de start van de jaarlijkse campagne 'De scholen zijn weer begonnen'. De campagne duurt van 11 augustus tot midden oktober 1997.

    Het bericht meldt voorts dat uit een enquête blijkt dat kinderen verwachten dat ze ruimte krijgen van automobilisten. Kinderen vinden ook dat automobilisten vooral in woonwijken voorrang moeten verlenen aan fietsers en voetgangers.

    Kinderen zonder honger

    De Volkskrant, 6 augustus, 1997

    Begin augustus is de Vereniging voor Ouders van Kinderen met Chronische Voedselweigering en Sondevoeding opgericht. Doel van deze vereniging (afgekort VOKCVS) is de kennis over chronische voedselweigering te vergroten.

    Jaarlijks krijgen enkele honderden kinderen te maken met ernstige voedingsproblemen. Het gaat dan niet om kinderen die geen groenten lusten of lastig zijn aan tafel, maar om kinderen met een eet-aversie, met slikangst of met een extreme kieskeurigheid. Het aantal kinderen met een eetstoornis neemt toe. Vooral doordat te vroeg geboren kinderen vaker in leven blijven. Ook kinderen met ernstige afwijkingen worden langdurig beademd, krijgen sondevoeding en kunnen na verloop van tijd niet meer spontaan eten. Soms onstaat de aversie door een ernstige operatie aan neus of keel.

    Er is in het ziekenhuis geen tijd meer om net zolang met het kind bezig te zijn totdat het eet. Met sondevoeding wordt gekozen voor een makkelijke weg, die op den duur zijn tol eist. Ouders gaan sneller mee met de problemen van het kind. "We krijgen hier kinderen van zeven jaar die alleen nog maar met een zuigfles gevoed worden, of kinderen van twaalf die nog nooit warm gegeten hebben", zegt dr. A. Messer, klinisch psycholoog van het Wilhelmina Kinderziekenhuis in Utrecht.

    Kinderen met eetstoornissen moeten in therapie. Het 'eetteam' in het Academisch Ziekenhuis Groningen helpt jaarlijks vijf kinderen. Ze moeten ontdekken wat honger is, en opnieuw leren eten. Maar ook hun ouders moeten geholpen worden, zegt dr. J. Mandema, kinderarts van het AZG. "Het is voor een ouder vaak frusterend om te zien dat zijn kind de meest basale levensbehoefte weigert. Dat is een grote emotionele belasting."

    Scouting en knuffelen

    NRC Handelsblad, 8 augustus 1997

    Scouting Nederland krijgt jaarlijks twintig meldingen van ontucht. Met subsidie van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport wordt nu een pakket voorzorgsmaatregelen ontwikkeld. Daarin komt ook een gedragscode voor begeleiders (niet troosten op schoot, geen kinderen meer apart nemen, knuffelen nog tot zekere leeftijd, stoeipartijen liefst niet te vaak). Voorts werkt Scouting aan spelletjes die het thema 'grenzen aan intimiteit' voor kinderen bespreekbaar moeten maken.

    Vroege puberteit door chemicaliën

    De Volkskrant, 9 augustus 1997

    Meisjes die voor hun geboorte zijn blootgesteld aan grote concentraties van de chemische stoffen DDE en PCB, komen ongeveer elf maanden eerder in de puberteit dan anderen. Dit blijkt uit een Amerikaans onderzoek bij zwangere vrouwen tussen 1978 en 1982 en 600 van hun kinderen. In het bloed en de moedermelk van de moeders werden de concentraties DDE en PCB gemeten. Deze stoffen hebben een zelfde werking als het vrouwelijk geslachtshormoon oestrogeen en komen voor in onkruidbestrijdingsmiddelen en in plastic voorwerpen. Jongens bleken door blootstelling niet eerder in de puberteit te komen.

    Uit eerder onderzoek is gebleken dat meisjes die eerder in de puberteit komen, later een hogere kans op borstkanker hebben. Volgens de Amerikaanse onderzoeker is het denkbaar dat de stoffen DDE en PCB daar verantwoordelijk voor zijn.

    'Ideale ouders bestaan niet'

    NRC Handelsblad, 16 augustus 1997

    Aukje Holtrop signaleert in NRC Handelsblad de grote vraag naar en het minstens even grote aanbod van hulp bij de opvoeding (zie ook vorige maand in Uit de bladen) Sinds vijf jaar is er de opvoedtelefoon (tel. 0900-821 22 05), en die is zeer succesvol. Holtrop vraagt zich af of het nodig is, al die cursussen (basisvaardigheden opvoeden, over bedplassen, babymassage, pesten, agressiviteit, omgaan met kinderen bij echtscheiding, enz.), tijdschriften, voorlichting en trainingen.

    Voor sommigen is een cursus een uitkomst. Gedeelde smart blijkt machteloze ouders ontzettend goed te doen. Ouders leren te letten op wat er goed gaat. Een van de cursisten noemt de door haar gevolgde cursus 'een cursus open deuren intrappen', maar is toch blij dat ze geweest is.

    De meeste opvoedingsproblemen lijken te gaan over ongehoorzaamheid, dwarsheid, en geruzie van kinderen onderling. Niet veel anders dan vroeger, eigenlijk. Pesten en druk gedrag is een nieuw probleem, net als de vraag naar grenzen stellen.

    Bij de Opvoedtelefoon staan de volgende vragen van ouders op de top tien: slaapproblemen, eetproblemen, agressief gedrag, ongehoorzaamheid, zindelijkheid, koppig en dwars gedrag, pesten, aandacht vragen. De hulpverleners vertalen de hulpvragen van ouders in een andere toptien: onzekerheid ouder, grenzen stellen, pedagogische onmacht, bezorgdheid ouders, relatie ouder-kind, beleving ouderschap, puberteitsconflict, gebrek aan steun, verschil aanpak ouders.

    Die onzekerheid van ouders is iets van deze tijd. "Je moet nuchter blijven over de problemen van het moderne ouderschap. Het hoeft toch allemaal niet zo ideaal te zijn? Ideale ouders bestaan gelukkig niet en daar moeten mensen ook helemaal niet naar streven", aldus een opvoed-begeleider.

    Heeft postcoïtum test nut?

    NRC Handelsblad, 30 augustus 1997

    In het Tijdschrift voor Fertiliteitsonderzoek woedt een discussie over het nut van een postcoïtum test. Deze test (PCT) wordt uitgevoerd bij paren die onvruchtbaar lijken. Veel mensen ervaren de test als belastend voor de seksuele relatie.

    De test vindt plaats in de vruchtbare periode van de vrouw. Nadat het paar gemeenschap heeft gehad, neemt de gynaecoloog wat baarmoedermondslijmvlies weg om de kwaliteit te beoordelen. Ook wordt geteld hoeveel levende spermacellen in het slijm zwemmen.

    Uit onderzoek blijkt dat twee jaar na de test evenveel paren alsnog zwanger werden als bij paren die de PCT niet kregen. En dat terwijl 54,5 procent van de paren die getest werden daarna een vruchtbaarheidsbevorderende behandeling kregen, tegenover 41,3 procent van de niet geteste paren.

    Kinderen van verstandelijk gehandicapten?

    De Volkskrant, 30 augustus

    Sinds bekend werd dat in Scandinavië tot ver in de jaren zeventig zwakzinnige vrouwen werden gesteriliseerd, wordt de volgende vraag weer gesteld. Mogen verstandelijk gehandicapten kinderen krijgen? En bij welk IQ ligt de grens?

    In Nederland mogen verstandelijk gehandicapten alleen gesteriliseerd worden als ze daar zelf toestemming voor geven. Als ze dat zelf niet kunnen, is toestemming nodig van hun wettelijk vertegenwoordiger (ouders of voogd). Er is eigenlijk nooit goed onderzocht of die regeling wel voldoende bescherming biedt voor de zwakbegaafden.

    Met de juiste begeleiding kunnen verstandelijk gehandicapten vaak ook zelf tot een beslissing komen. "Sommigen beseffen heel goed dat hun handicap altijd een belasting zal zijn, en besluiten daarom kinderloos te blijven. Uit liefde voor hun kind dat nooit geboren zal worden. Dat vind ik heel knap", aldus een maatschappelijk werkster van de Sociaal Pedagogische Dienst in Arnhem.

    J/M: een mooi nieuw blad

    Sinds 28 augustus ligt er een nieuw tijdschrift in de winkel: J/M. Het is bedoeld voor ouders met kinderen tussen zes en twaalf jaar. Voor diezelfde doelgroep zagen we een tijdje geleden Wat worden ze al groot, de grote broer van 'Ouders van Nu', zullen we maar zeggen. Maar dat blad werd vooralsnog niet zo groot, en we zijn dan ook benieuwd of J/M wel aanslaat bij het publiek. In elk geval doen ze er alles aan: de presentatie wordt zelfs ondersteund door commercials op de televisie.

    J/M ziet er mooi en rustig uit. En: als je kinderen hebt van zes en ouder, dan ben je natuurlijk al lang van die roze wolk afgegleden, dus heb je geen behoefte aan reportages over mode of hoe de nieuwste kinderkamer eruit ziet.

    Het eerste nummer van J/M gaat over veel. Over pesten en seks en ruzie: de onderwerpen waar zo'n beetje de helft van de vragen aan de Opvoedtelefoon over gaat, is in het eerste nummer dus al gecovered. En verder: over afwassen en stofzuigen, schoenen, computers op school en paardrijden.

    Ouders kunnen in J/M vragen stellen aan deskundigen, lezen over de zieleroerselen van kinderen zelf en bijblijven op allerlei gebied (boeken, televisie, musea). Er is zelfs een rubriek als onze eigen 'Uit de bladen', die hier Digest heet (een duur Engels woord voor 'samenvatting' en geassocieerd met 'verstouwen' en 'verteren').

    J/M is informatief. Opvallend is de aangename toon. Het oktobernummer van J/M belooft overigens aandacht te besteden aan 'de leukste sites voor ouders'. We zijn benieuwd!

    BabyLeeszaal: oud blad in nieuw jasje

    Kende u het blad 'BabyLeeszaal' al? Waarschijnlijk niet. Het heeft in zijn huidige vorm een kort bestaan gekend met tegenvallende verkoopcijfers. Het probeerde net als Ouders Online 'informatief zonder roze wolk' te zijn, maar dat sloeg in de kiosk niet genoeg aan.

    De uitgever heeft besloten BabyLeeszaal compleet inhoudelijk te restylen. In oktober verschijnt het eerste nummer met het nieuwe gezicht. Daarmee schijnt het blad vooral de lager opgeleide huismoeders te willen aanspreken. Ons lijken er voor die mensen — als ze er nog zijn — al voldoende bladen op de markt.

    Naschrift d.d. 26 september 1997
    De redactie van BabyLeeszaal heeft "lichtelijk ontstemd" gereageerd op het bovenstaande stukje. BabyLeeszaal nieuwe stijl mikt niet op de lager opgeleide huismoeders zoals wij schreven, maar op "alle vrouwen anno 1997 die kinderen hebben of verwachten". Waarvan akte.

    Justine Pardoen (redactie Ouders Online)

    Copyright © 1996-2001 Ouders Online BV
    Uitsluiting aansprakelijkheid
    Pagina voor het laatst bijgewerkt op: 26 september 1997