Ouders Online
Archief
rubriek Vaderman

juli 1999

Vijf jaar lang, van begin 1996 tot eind 2000, schreef ex-redacteur Pieter van Scherpenberg een column over zijn lotgevallen als vader.


Huisdierenzorg (vervolg)

Black Molly

Mijn verslag van de eerste ervaringen als huisvader met levende have, goudvissen, leverde een stroom van lezersreacties op. Daarom voel ik me bijna verplicht het verhaal te vervolgen, Maar dat doe ik graag, want er is veel nieuws.

Aan het einde van mijn vorige 'Vaderman'-column liet ik het hoofd nog moedeloos hangen en wachtte ik in feite op de dood van de laatst overgebleven vis. Ik zocht alleen nog naar een manier om het de kinderen duidelijk te maken: dat we niet geschikt zijn voor het houden van dieren.

Buuf
Hoe anders zou het lopen: zoon Tsjip eiste vervanging van de overleden koudbloedige. Dus kwamen we thuis met een 'Goudwind'; een iel visje dat als een gek rondzwom. De eerste raad kwam van de buurvrouw die een weekend op de goudvissen had gepast. "Je moet er veel meer visjes in doen, zo is het saai voor die dieren. Neem wat guppen en Black Molly's." Toen ik tegenwierp dat dit tropische vissen zijn die niet in koud water overleven -- dat had ik geleerd van mijn leverancier -- hoonde 'buuf' mij weg: "Allemaal commercieel geklets, ze willen je aan een tropisch aquarium helpen! Ik heb jarenlang een onverwarmd aquarium met guppen gehad, geen enkel probleem."

Water zuiveren
Ook uit de e-brieven van lezers sprak dit advies: een paar tropenvissen kunnen prima in koud water, en niet in de zon zetten die kom. Verder adviseerde men het leidingwater te 'ontsmetten' met een speciaal goedje, héél weinig eten te geven en echt wekelijks verschonen. Zelfs voor een paar dagen afwezigheid bleek een oplossing te bestaan: kleine witte bolletjes met voer erin die in drie dagen in water oplossen en daarmee gedoseerd het voer afgeven. Exit the nosy neighbour... Lezeres Olga van Kleef meldde aanvankelijk trots al twee jaar met dezelfde twee goudvissen te leven, maar een week later schreef ze heel eerlijk dat eentje daarvan het loodje had gelegd. Het in leven houden van dit soort dieren is gelukkig geen uniek Van Scherpenberg-probleem...

De naam 'Black Molly' sprak me wel aan, omdat mijn dochter Molly heet. Met haar en zoon Tsjip fietsten we naar een nieuwe dierenleverancier, want de oude had afgedaan. Op zichzelf was dit al een ervaring: je waant je in de jaren vijftig als je Het Dierenparadijs aan de Amsterdamse Ceintuurbaan binnenstapt. De serie sketches 'De Dierenwinkel' van Jiskefet moet hier ontstaan zijn. Een oude man in stofjas mummelt elke bestelling na en neemt je mee naar een achterkamertje als je vissen bestelt. Wij waren uit op twee Molly's en twee guppen. Zorgvuldig kiest de dierenwinkelier een mannetje en een vrouwtje van elk: nakomelingen zijn welkom bij hem.

En zo waren het er opeens zes geworden. Dochter Molly heeft inmiddels een actieve rol in het vissenproject. Haar vaste taak bij de wekelijkse verschoning is het wassen van de steentjes geworden. En de kinderen ruziën nog over wie het lege aquarium mag schoonboenen. Heel wat optimistischer zie ik de vissentoekomst tegemoet, en laat me niet meer afschrikken door het onlangs overlijden van de 'Goudwind'!


Pieter van Scherpenberg was mede-oprichter van Ouders Online en was daar tot 1 juli 2001 bij betrokken. Van begin 1996 tot eind 2000 schreef hij de column "Vaderman", over zijn belevenissen met Tsjip (eerste kind), Molly (tweede kind) en Nicoline (echtgenote). Aanvankelijk woonden zij in een volksbuurt in Amsterdam; later verhuisden zij naar het Oosten van het land.