Uitdrukkingen
In navolging op 'van Puffelen' (zie stukje hierboven) moest ik aan nog meer rare uitdrukkingen denken. Welke gekke kennen jullie en van wie?
Zo zei mijn oma altijd als iemand kribbig tegen haar deed "Bijt me niet, 'k heb ook een hondje in mijn zak!" en mijn meester van de 6e klas, als je iets zei met "ja maar, als ...." "Tja, als m'n tante wieltjes had, was ze een verhuiswagen".
Ik gebruik de uitdrukkingen niet, maar ze liggen wel vaak op 't puntje van m'n tong 
Bij ons
Is het antwoord op wat eten we vandaag"Husse met je neus ertussen"Bij ons heet een wind een pufje omdat onze jongste vroeger scheet of windje zo'n naar woord vond hij had zelf pufje bedacht (was toen 2,5)
O en bij ons vroeger thuis zeiden mijn ouders altijd als je met een vriendje thuis komt die wij niet zien zitten zet ik de achterdeur open.Bijde eerste onmoeting met het vriendje van mijn zus stond mijn vader heel plechtig op en zei goh ik ga eens even de achterdeur open zetten.We snapten allemaal de hint behalve het vriendje natuurlijk 
Wat eten we vandaag
Dat was óf husse met je neus ertussen óf gebakken trapleuninkjes.
En die van die geit ken ik anders: Het is een feit dat een geit van voren bijt, en van achter... een staartje heeft. (Met dank aan mijn vader )
Husseltjes
dát aten we, omdat moeder het gezeur over wat ik wel en niet lustte gewoon niet wilde, voor het eten (ik haalde de schade wel in tijdens de maaltijd..WITLOF..Yujkkkk..vooral zoals mijn moeder het maakte, veel te veel van de bittere kern laten zitten (oans bint zunig)...)
Ook nog: heb je een grote mond (b*k)? Dan kun je een banaan overdwars opgeten!
En (bij commentaar op broer of zus) commentaar van mijn pa dat je ´eerst de balk uit je eigen oog moest halen, voor je over de splinter van de ander...´ (vreselijk vond ik die)
Nog een paar
Wat eten we? - "Opstoofde finsterbanken" - oftewel opgestoofde vensterbanken.
Ik verveel me! - "Ga maar naar het bos, apen vangen". (geen bos te bekennen in de wijde omtrek van de Friese kluiten waar ik ben opgegroeid, maar allà).
Hoe laat is het? - "Kertier foar't skiten" - oftewel: een kwartier voor het schijten - geen idee wat dat betekent eigenlijk.
Margje
Eten en zei-gezegde
Opgebakken vensterbanken aten wij vroeger.
De oplossing bij de verveelde vraag "Mam, ik verveel me, wat zal ik eens gaan doen?" luidde onveranderd "Op je kop staan en dubbeltjes poepen."
En in de categorie zei-gezegden hebben we ook nog " 'Alle beetjes helpen' zei de mug en zij pieste in de Noordzee".
Om het even
"It is de boer al like folle at de ko skyt of de bolle"
Het maakt de boer niet uit of het nou de koe of de stier is die poept.
En die dubbeltjes poepen, ja, die hadden wij ook Genista.
Margje
Even denken
( ik heb alleen een paar gelezen dus mogelijk dubbel) Tegen een scheet zeiden we vroeger boembah. Bij iemand die boos keek kwam vaak het riedeltje "ben je boos , pluk een roos...". De "geef die boer een stoel "ken ik ook. En als iets zeer onwaarschijnlijk, zo niet echt onmogelijk dan zeggen "soe kenne"( het zou kunnen) , is een uitspraak van zoon 2 die deze heeel vaak gebruikt heeft. Bij het geven van cadeautjes, zelfs discussie over wat te geven "ik heb al een boek/ hij heeft al een boek". En over visite die komt , mensen die ergens heen willen"ken je die van die jongens die naar Parijs gingen?....die gingen niet", ( omdat we nogal veel familie hebben die vaak afbellen)
Die graaf,
die lachte bij ons "haha" in het spaans, en hij liet zijn door de zon gebruinde tanden zien.
Verder standaard uitdrukking: "En nu" zei Pietje Kru. (oh, even terzijde, weten jullie wanneer hij dat zei? Pietje Kru was een boer in de 16e eeuw. De watergeuzen staken de dijken door en Pietje stond tot zijn knieen in het water. En TOEN sprak hij de legendariche woorden: En Nu?)
Mijn opa, als we daar geslapen hadden en 's morgens beneden kwamen. Uitgeslapen? Wij: ja hoor. Opa: dan kun je het bed verkopen.
Dan nog een uitdrukkign die alleen van ons gezin is: Daar grote auto. Dit zeggen we als iemand over iets anders begint om een pijnlijk onderwerp te vermijden. Ons buurjongentje deed dat vroeger, als hij bij ons was en bijvoorbeeld naar bed moest. Dan zei mijn moeder: P, je moet naar bed. Hij liep dan naar het raam, wees naar buiten en zei: daar grote auto! Er stond daar namelijk vaak een vrachtauto in de straat.
En wij hier, als de kinderen vragen: wie gaat ons naar bed brengen? Dan is papa's standaard antwoord: Sinterklaas.
Pietje kru
Mijn vader had nogal wat van het soort uitdrukkingen dat hier voorbij komt.
Als het eten heet was: 'Dat heeft het van het vuur niet gekregen' (huh? Ja, als het ván het vuur is - eraf dus - wordt het niet heet).
Bij aangebrand eten: 'Heeft aangebrand ook pootjes, moeder Aagt?' (heb ik ooit de herkomst bij gehoord maar ik kan 't niet meer navertellen, geen idee hoe het in elkaar zat)
Wat eten we? Gestampt glas met kopspijkers. Hussen met je neus ertussen. Gebakken stoeptegels. En van mijn man: gebakken bilspleet met stukjes (gètver...).
Hoe laat is het? Vel over been (kijkend op je pols). Kwart over de rand van de pispot.
Bij cadeaus raden wat erin zit: Een koets met zeven paarden.
Egberdien, jouw Pietje Kru ken ik als 'Wat nu, zei Pichegru?' en ik heb 's even gegoogeld. Deze uitleg vond ik:
" Wat nu? zei Pichegru verwijst naar een Franse legerbevelhebber. Jean-Charles Pichegru (1761-1804) viel met zijn Armée du Nord de Republiek der Verenigde Nederlanden binnen. Dat gebeurde eind 1794. Hij verschanste zich toen in 's-Hertogenbosch. De Nederlandse troepen hadden een sterke verdedigingslinie vlak voor Holland, rond het Hollands Diep. In die situatie zou hij zich afgevraagd hebben: 'Wat nu?' Het strenge winterweer dat in december inviel, bracht de oplossing: de Waal en de andere rivieren vroren dicht, zodat de Fransen het land konden innemen. Op 18 januari 1795 vluchtte Willem V naar Engeland en vanaf dat moment was Nederland voor een flink aantal jaren in Franse handen."
Oh, als het eten mislukt is
Het komt eigenlijk zelden voor, maar af en toe gaat het mis met het eten. Op de vraag van de kinderen wat er die dag op het menu staat (of wat er zo stinkt...) antwoorden Genistus en ik dan: "Lekker smeuïge aardappels en heerlijk krokante jus!"
Als het regent
ach joh doe niet zo moeilijk ga gewoon naar buiten de meeste regen valt tenslotte naast je.
weet je wat het is ?meer water als vis. zegt vooral de jongste als hij niet kan winnen met een discussie
Dus.
"Een geit is geen mus".
(Komt bij de familie van vriend vandaan, ik kende hem niet).
Deze is volgens mij al langs geweest: op de vraag "ik heb dorst" het antwoord: "dan ga je naar Hans Worst, die heeft een hondje, en die piest zo in je mondje".
Leuk draadje!
Nog eentje dan
Als er iets stinkt: "Ah joh, je ruikt je bovenlip..."
Pietje
Oh, wat goed zeg, het echte verhaal! Ik zal dit meteen doorgeven aan mijn familie!
Bij ons trouwens nog een uitdrukking, als eten nog heet was: daar zit iets in wat de kat niet lust.
En als iets zoek was, bv. wanten: In het wantenkastje, onderste plankje, bovenaan, derde verdieping, de deur is dicht.
Nog een van mijn man
Een dom versje wat iedereen in zijn familie invult als je een voorzetje geeft
Waar ga je naar toe?
naar het varkenshok.
Wat ga je daar doen?
brei eten
dat kan niet je hebt niet eens een lepel!
vraag me niet waar het op slaat maar het zal wel een familie afwijking zijn 
Moeder aagt - google is je vriend
Na Anna's reactie op het gezegde van moeder Aagt ben ik ook hierop maar even gaan zoeken, en kijk:
AANGEBRAND
Aagt Morsebel nam kleinen Piet
In kost, en als het kind, te middag aangezeten,
Haar soms zijn walging merken liet:
De vieze bijsmaak van heur knoeisels werd geweten,
Aan kaarsvet, roet, noch snuif; 't was altoos: "Lekkertand,
Wat zou het zijn, als aangebrand?"
Nu kwam er eens een schotelvol groen eten
Te voorschijn, die Kok Aagt spinazie had geheten:
Hiervan kreeg kleine Piet zijn deel op 't bord gesmakt;
Hij roert er in; hij vindt twee achterpooten
Van d' armen kikvorsch, onder 't warmoes kort gehakt,
En legt, met de oogen half gesloten,
Zijn eetvork neer, terwijl hij vraagt:
"Heeft aangebrand ook voetjes, moeder Aagt?"
A.C.W.Staring (1767-1840)
Oh ik weet er ook een paar
Mijn oma die ook altijd zei dat de meeste regen me voorbij viel. En dat ik maar moest proberen om tussen de druppen door te lopen.
En als er iemand een boer laat, zeggen we hier in koor: en schaatser!! (dit naar aanleiding van de reclame met een jonge Evert van Benthem over pindakaas).
Oh en vroeger was er bij mijn schoonmoeder thuis iemand die Anton heette. Deze man knoeide enorm met zijn eten. Als je nu bij mijn schoonouders thuis roept: ANTON. Dan veegt een ieder zijn mond af 
.
Regen
Wij lopen ook altijd tussen de druppels door! Of een andere reactie als het regent: je bent niet van suiker. Of: is goed voor je, gaat je haar van groeien.
Wij aten altijd loempia maet hangend haar.
En dus...een kip is geen mus!
Als iemand in ons gezin een onduidelijke vraag stelt, zeg je op serieuze en diepzinnig toon: "Forty-two..."
Kwart over de
Wie had nou ook al weer hoe laat is het? Kwart over de rand van de piespot..
Mijn moeder zei altijd erbij, en als je hart loopt mag je mee hangen (Volgens mij slaat dat als die tang op dat varken)
Heis voor je treiter= klap op je gezicht
Wanneer je een zin begon met ik ... werd er gezegd "stront voorop"
Als je het niet lust...
... dan leg je je hoofd er maar naast. (Zei mijn moeder altijd bij het avondeten).
Die Pichegru (?) zei ze ook vaak.
Dat tang op een varken ken ik ook in de variant: "Dat slaat als een l*l op een drumstel".
Mijn vader had als standaardzin altijd: "D'r zit geen suuker in!" Pas later, héél veel later hoorde ik de oosprong, het was de enigszins dubieuze laatste zin van een mop van een (immer moppentappende) oom van mij.
Jesse
Nog 1 over slapen
De slaap uit? En dan als antwoord: "nee, afgebroken.."
groeten albana
De baas
Een beetje hart voor de baas, de baas is ook hard voor jou (alleen fonetisch leuk )
Nog een paar
Als een kind zeurt over een koekje dat gebroken is:
waar het valt ligt ook geen kleedje of in je maag blijft het ook niet heel.
Die van Pichegru zegt mijn moeder altijd zo: Wat nu, zei Pichegru, en stak bei zijn pootjes in de kippenjus.
Nog een van huis uit:
Zuinigheid met vlijt
Bouwt huizen als kastelen
En als je je niet wast
Krijg je luizen als kamelen
Niny
Geachte heer naafs
Wij zeiden vaak "Geachte heer Naafs.... " als er iets stuk was.
De verzekeringsadviseur van mijn ouders heette namelijk zo.
Linda
Het leven is een pijpkaneel
elk zuigt eraan en krijgt niet veel.
Die kwam spontaan weer bovendrijven toen ik Niny's zuinigheid met vlijt las. Meteen gevolgd door: het leven is geen lolletje, paraplu, paraplu, parasolletje.
En natuurlijk
Ga zo door en gij zult spinazie eten (vrij naar ga zo door en gij zult Spinoza heten, geloof ik)
Niny
Als je je niet wast dan groeit er bloemkool achter je oren of spinazie op plekken waar je je dus maar beter WEL kunt wassen!
Wil niet
Wilnie ligt op 't kerkhof en Kannie ligt er naast
(rare dingen zeiden mijn ouders eigenlijk)
Huzaar
Er komen steeds meer van die uitdrukkingen boven. Ik geloof dat mijn ouders en grootouders er veel meer gebruikten dan wij zelf nu, zou het?
Mijn moeder, als ik met een kromme rug stond: 'Rechtop m'n kind, er komt een huzaar aan' (oe wat had ik daar een hekel aan!)
Mijn oma, als ze vond dat je zeurde over iets wat je moest: 'kan niet, mag niet, wil niet, durf niet - dan ben je overal van af'
Ook oma, als er (te) wild gestoeid werd: 'Eerst spelen en dan slaan, net als de klok van de Pieterskerk' (Leidse familie namelijk)
En als ik nou reactie verzenden aanklik schieten me vast onmiddellijk nog veel meer uitdrukkingen te binnen...