Ouders Online
Archief
FAQ: de meest gestelde vragen - Deel 3

Dagelijks ontvangen wij honderden vragen. Veel daarvan blijken steeds terug te keren, in verschillende vormen maar meestal met een gelijksoortige strekking. Om ons eigen werk te verlichten en u aan een sneller antwoord te helpen, maakten we deze nieuwe rubriek met FAQ's: frequently asked questions oftewel veel gestelde vragen.

De vragen zijn geordend per rubriek. In deze aflevering:

  • Groei en ontwikkeling

      FAQ - Groei en ontwikkeling

    Hoe hard groeit een baby in zijn eerste jaar?

    Tijdens het eerste jaar is de groei van baby's niet voortdurend hetzelfde:

  • gedurende de eerste 3 maanden groeit een gezonde baby, die op tijd geboren is, meestal tussen de 90 en 200 gram per week;
  • na die eerste 3 maanden neemt de groei iets af, tot ongeveer 70 à 150 gram per week.

    Wanneer kan ik de eerste lach verwachten?

    Je kunt gekke bekken trekken wat je wilt, maar het moment waarop een baby voor het eerst gaat lachen valt helaas niet te versnellen. Vertragen kan trouwens ook niet – als je dat al zou willen – aangezien de eerste lach gewoon vanzelf komt.

    Dat moment is vrij nauwkeurig te bepalen, namelijk: meestal 46 weken na de conceptie. Dat verklaart ook de schijnbare vertraging bij te vroeg geboren baby's.

    Een fantastisch bewijs voor de 46-weken-regel is dat ook blinde baby's op dat moment gaan lachen!

    Bron: "De eerste twaalf weken van uw baby" (boek bij Teleac-cursus)


    Waar vind ik groeicurves?

    Bent u het groeiboekje van het consultatiebureau kwijt, of wilt u weten hoe de groei er ongeveer uitziet ná de peuterleeftijd? We hebben ze allemaal voor u verzameld en klaargezet om te downloaden.

    Omdat de groei van jongens anders verloopt dan die van meisjes, zijn daarvoor aparte curves beschikbaar. Ook zijn er aparte versies voor verschillende leeftijdscategorieën, in verband met de verschillen in schaalgrootte en groeitempo.

    Jongens

  • 0 tot 15 maanden – lengte, gewicht en hoofdomtrek
  • 0 tot 4 jaar – lengte en gewicht
  • 0 tot 4 jaar – hoofdomtrek
  • 1 tot 21 jaar – lengte en gewicht
  • 1 tot 21 jaar – hoofdomtrek

    Meisjes

  • 0 tot 15 maanden – lengte, gewicht en hoofdomtrek
  • 0 tot 4 jaar – lengte en gewicht
  • 0 tot 4 jaar – hoofdomtrek
  • 1 tot 21 jaar – lengte en gewicht
  • 1 tot 21 jaar – hoofdomtrek

    Let op: de bovenstaande curves zijn de curves die op dit moment (2007) nog gebruikt worden op de Nederlandse consultatiebureaus. Te verwachten valt dat deze curves op termijn vervangen gaan worden door nieuwe curves, die uitsluitend gebaseerd zijn op borstgevoede kinderen (de huidige curves zijn gebaseerd op een mengeling van borstgevoede en flesgevoede kinderen).

    De nieuwe curves hebben twee voordelen boven de oude. Ten eerste kun je sneller zien aankomen dat een kind obesitas (overgewicht) ontwikkelt, en ten tweede wordt voorkomen dat verpleegkundigen op het consultatiebureau ten onrechte gaan piepen dat je kind niet goed groeit. Borstgevoede kinderen groeien in het begin namelijk heel snel en daarna minder. Als ze verder gezond zijn, is dat volkomen normaal.

    Wilt u het zelf uitproberen, ga dan naar De nieuwe WHO-groeicurves voor kinderen tot 5 jaar.


    Hoe lang wordt mijn kind?

    Afgezien van ziektes of ongelukken wordt de uiteindelijke lengte van een kind voornamelijk bepaald door de lengte van beide ouders.

    Hieronder kunt u de zogenaamde target height (streeflengte) laten berekenen. Let op: de berekening is zeer grof. Voor een nauwkeurige schatting zijn groeigegevens uit het verleden, en een botfoto nodig.

    jongen
    meisje

    lengte van de vader (in centimeters)
    lengte van de moeder (in centimeters)

    Bron: Vierde landelijke groeistudie (1997)

    Sinds kort is er ook een groei-calculator van TNO beschikbaar, die gebaseerd is op recentere groei-gegevens (uit 2010). Zie: TNO groeicalculator voor ouders.


    Is er een verband tussen dyslexie en niet kruipen?

    Onze kinderartsen kennen geen studies die een verband aantonen tussen dyslexie (leesblindheid) en het overslaan van de kruip-fase. Ook het idee dat dyslexie te maken zou hebben met een slechte communicatie tussen de linker en de rechter hersenhelft is waarschijnlijk onjuist.


    Wanneer moeten de balletjes zijn ingedaald?

    In Nederland geldt over het algemeen de regel dat vóór de tweede verjaardag beide ballen ingedaald moeten zijn. Is dit niet zo, dan wordt er geopereerd.

    De tendens is echter om steeds vroeger te gaan opereren, bijvoorbeeld al na 6 maanden, omdat er aanwijzingen zijn dat een niet ingedaalde bal al na 6 maanden slechter van kwaliteit wordt. (Dat wil zeggen: verminderde vruchtbaarheid op latere leeftijd.)


    De balletjes zijn wel ingedaald maar weer verdwenen – wat nu?

    Aan elk balletje zit een spiertje, waarmee het in de lies getrokken kan worden. Als dat gebeurt is dat niet erg; bij warmte en ontspanning (bijvoorbeeld in bad) keert de bal meestal gewoon weer terug in de balzak.


    Hoe verloopt de taalontwikkeling?

    In de vroege taal-ontwikkeling zijn globaal de volgende stadia te onderscheiden:

  • 12 maanden – Gevarieerd melodieus brabbelen.
  • 18 maanden – Het kind kan een paar woordjes zeggen, al is de uitspraak nog niet goed.
  • 27 maanden – Het kind kan af en toe twee woordjes combineren tot kleine zinnetjes: "Mama moe" of "Die ook". Nog steeds veel uitspraak-fouten.
  • 36 maanden – Het kind maakt langere zinnen (vier woorden en meer). Meer dan de helft van wat het kind zegt is verstaanbaar voor vreemden.

    Let op: de ontwikkeling verschilt sterk van kind tot kind. Sommige kinderen zijn (veel) sneller en andere (veel) trager dan het bovenstaande schemaatje. Ná 3 jaar is er al helemáál geen peil meer op te trekken.

    In principe hoeft u zich dus geen zorgen te maken als het allemaal wat trager gaat dan normaal (en omgekeerd: een snelle prater is niet meteen bovenmatig intelligent). Blijf echter wel alert op het goed functioneren van het gehoor. Een achterblijvende taalontwikkeling kan veroorzaakt worden door slechthorendheid.


    Wat is groeipijn en wat kun je ertegen doen?

    Groeipijnen zijn alle pijnen en pijntjes die opgroeiende kinderen soms hebben aan een arm of een been (meestal een been, en vaak het scheenbeen). De pijn kan ook 's nachts ontstaan, waardoor het kind er wakker van wordt. Vooral na een actieve dag kan de pijn erger zijn.

    In principe hoort de pijn niet zo lang te duren, en in ieder geval niet in het gewricht te zitten. Als dat wel het geval is, kunt u het beste even de dokter raadplegen.

    Over de oorzaak zijn de geleerden het nog niet eens. Sommigen zeggen dat de pijn ontstaat door sterke trekkrachten bij de aanhechting van spieren en pezen aan de lange pijpbeenderen (van armen en benen). Anderen zeggen dat het een zwelling is van de spieren, waardoor het vlies dat daaromheen ligt onder spanning komt te staan.

    Warmte en massage kunnen de pijn verlichten, evenals paracetamol of een Sinasprilletje. Spreek het kind rustig en bemoedigend toe, maar zeg liever niet "dat die pijn niets voorstelt". Het doet namelijk echt zeer.


    Puberteitsverschijnselen bij 8 jaar?

    Sommige ouders maken zich zorgen als hun dochter al met 8 jaar okselhaar en schaamhaar krijgt (met de eventuele zweetlucht die daarmee samenhangt). Komt ze dan al in de puberteit?

    Doorgaans is er geen sprake van 'echte' puberteit, omdat die meestal begint met borstgroei. De vroegtijdige haargroei ('premature adrenarche') is onschuldig en komt doordat de bijnierschors vroeg rijp is en al begint met het maken van het hormoon dat de haargroei regelt. Acht jaar is daarbij overigens wel het minimum.

    In principe hoeft u zich dus geen zorgen te maken en geen actie te ondernemen, tenzij er ook een of meer andere dingen aan de hand zijn. Zoals: een groeispurt, sterke vergroting van de clitoris, ernstige acne (jeugdpuistjes) of versnelde borstrijping.


    Wanneer komen welke tanden?

    Hieronder vindt u een overzicht van het doorkomen en wisselen van tanden en kiezen. Houd er rekening mee dat dit gemiddelden zijn; bij uw eigen kind kunnen de momenten eerder of later zijn.

    Melkgebit 
    6 maandeneerste snijtanden onder
    9 maandeneerste snijtanden boven
    12 maandende tweede snijtanden
    16 maandende eerste melkkiezen
    20 maandende vier hoektanden
    24-30 maandende tweede melkkiezen
      
    Blijvend gebit 
    5 tot 6 jaareerste blijvende kiezen
    6 jaareerste snijtanden onder
    6 tot 7 jaareerste snijtanden boven
    7 jaartweede snijtanden onder
    7 tot 8 jaartweede snijtanden boven
    8 tot 10 jaarrustfase
    10 jaarhoektanden onder
    10 tot 12 jaareerste premolaren boven
    eerste premolaren onder
    tweede premolaren boven
    tweede premolaren onder
    hoektanden boven
    12 tot 13 jaartweede blijvende kiezen
    18 tot 24 jaarderde blijvende kiezen (verstandskiezen)

    Een vertraging in het doorkomen van de tanden mag tot 12 maanden duren. Als het kind verder gezond is, is er niets aan de hand.


    Wanneer gaat mijn kind staan, lopen, praten, fietsen, enzovoorts?

    De boekjes (en web-pagina's) staan er vol mee: het moment waarop uw kind gaat staan, lopen, praten, fietsen, enzovoorts. In de praktijk blijkt de spreiding echter veel groter dan al die theoretische verhandelingen doen geloven. Wij ontdekten dat zelf, toen we daar in 2000 een onderzoek naar deden (zie: Mijlpalen in een kinderleven).

    Hieronder vindt u we de gemiddelde waarden die wij noteerden:

    Babytijd - dreumestijd

  • Grijpt naar dingen in de buurt: 9 weken
  • Slaapt de hele nacht door: 12 weken
  • Kan omrollen van rug naar buik en omgekeerd: 5 maanden
  • Kruipt: 8 maanden
  • Huilt met echte tranen (jonge babys huilen aanvankelijk zonder tranen): 4 maanden
  • Krijgt eerste tand: 7 maanden
  • Kan zitten (in wandelwagen, fietsstoeltje, supermarkt-karretje, etc.): 7 maanden
  • Gaat zelf staan (tegen een stoel, tegen de box, etc.): 9 maanden
  • Kan zelfstandig lopen (zonder steun): 13 maanden

    Peutertijd - kleutertijd

  • Kan netjes uit een beker of een kopje drinken: 1 jaar en 7 maanden
  • Kan zelf eten met een vorkje: 1 jaar en 6 maanden
  • Kan koppeltje duikelen: 2 jaar en 9 maanden
  • Wil zichzelf uitkleden ("Zelluf doen!"): 2 jaar en 2 maanden
  • Praten (1): kan sommige dingen consequent benoemen: 1 jaar en 5 maanden
  • Praten (2): maakt korte zinnetjes (bijv.: "Jan blij", of "Speentje - ben je?") 1 jaar en 9 maanden
  • Praten (3): gaat hele verhalen vertellen tijdens het alleen spelen: 2 jaar en 2 maanden
  • Praten (4): vertelt een goed te volgen en verstaanbaar verhaal: 2 jaar en 8 maanden
  • Is overdag zindelijk (draagt overdag geen luier meer): 2 jaar en 8 maanden
  • Voorhuid van jongetje kan naar achteren getrokken worden: 3 jaar en 4 maanden
  • Kan omgaan met de muis (aanwijzen, klikken en slepen): 3 jaar en 6 maanden
  • Fietst voor het eerst zonder zijwieltjes: 4 jaar en 5 maanden
  • Gaat voor het eerst uit logeren bij een vriendje of vriendinnetje: 4 jaar en 3 maanden
  • Doet voor het eerst alleen een boodschap: 5 jaar en 4 maanden

    Basisschool-leeftijd

  • Gaat voor het eerst naar een clubje (muziekles, voetballen, etc.): 5 jaar
  • Gaat wisselen (begint melkgebit te verliezen): 6 jaar
  • Wordt voor het eerst echt verliefd: 7 jaar
  • Krijgt voor het eerst zakgeld: 6 jaar
  • Gaat voor het eerst alleen naar school: 6 jaar
  • Neemt voor het eerst alleen deel aan het verkeer: 7 jaar

    Puberteit

  • Krijgt eerste zaadlozing (zie beddengoed): 12 jaar
  • Wordt voor het eerst ongesteld (koop taartjes): 12 jaar
  • Gaat voor het eerst zonder ouders op vakantie: 16 jaar
  • Drinkt eerste glas wijn of bier: 16 jaar
  • Rookt eerste joint: 17 jaar
  • Krijgt eerste relatie: 16 jaar
  • Heeft gevraagd om anti-conceptie: 15 jaar
  • Doet voor het eerst een grote aanschaf (bijv.: geluidsinstallatie): 14 jaar
  • Krijgt de eerste bekeuring voor een verkeersovertreding: 16 jaar
  • Doet eerste baantje buitenshuis (officieel: 13 jaar of ouder): 14 jaar
  • Krijgt voor de eerste keer kleedgeld: 15 jaar