Ben jij eigenlijk voorbereid op het ouderschap en je baby? Dit kun je doen

2 februari 2000 door Justine Pardoen

Klappen op de crèche: probleem of gewoon stoer?

Van januari 1999 tot april 2001 verzorgde Ouders Online elke woensdag een halve pagina over 'opvoeding' in het dagblad Trouw, geïnspireerd op datgene wat er die week bij Ouders Online was voorgevallen. Het onderstaande artikel maakt deel uit van die serie.

Grofweg delen ouders kinderen in twee soorten in. Tegenover het ruwe, agressief reagerende kind dat niet terugschrikt voor lichamelijke confrontatie, heb je het kwetsbare, gevoelige type dat nooit zelf klappen verkoopt, maar ze altijd alleen maar zelf incasseert. Zelfs op het kinderdagverblijf is de tweedeling snel duidelijk: sommige kinderen liggen altijd boven, andere altijd onder.

Moeders van de onderliggende kinderen maken zich zorgen: hun kind zien ze als het slachtoffer van het agressieve gedrag andere kinderen. Erna: "In een ideale wereld hoeft niemand agressief te worden. Maar aangezien we niet in een ideale wereld leven, schijnen onze kinderen dus weerbaarder te moeten worden. Omdat hij gepest wordt, moet HIJ veranderen. Waarom? Ik vind eigenlijk dat niemand hoeft te veranderen alleen omdat de maatschappij zo hard is. Maar als je je niet verweert, heb je het heel moeilijk."

Tan is het met Erna eens. Haar kwetsbare dochter mag zijn zoals ze is. Toch zal ze moeten leren leven in deze wereld: "Hoe bereik je dat je kind niet te beschermd opgroeit en voor zichzelf opkomt zonder dat hij of zij zelf agressief wordt."

Voor ouders is dit een onoplosbaar dilemma: ze voelen zich machteloos. Steeds opnieuw komt het ter sprake op het Forum van Ouders Online. Op het moment dat ze hun machteloosheid aan elkaar toegeven, verschuift onmiddellijk het perspectief. Naar leerkrachten, leidsters op het kinderdagverblijf en de ouders van die ruwe kinderen: zij zouden er misschien wel iets aan kunnen doen.

Tan: "Mijn dochter wordt regelmatig geslagen door een paar kinderen op de crèche. Laatst hoorde ik de leidster zeggen tegen de moeder van een heel agressief kind: 'hij is gewoon lekker stoer'. En van mijn kind vinden ze dat ze maar harder moet worden? Daar word ik ziek van."

Iedereen begrijpt al waar het heengaat. Maar nog voordat iemand de kans krijgt om nu ook de ouders van die agressieve kindjes mede-verantwoordelijk te maken, meldt de eerste zich al. Ineke heeft zelf zo'n driejarige die er op het kinderdagverblijf zo nu en dan lekker op los slaat. "Ik heb het er best moeilijk mee, maar gelukkig vertellen de leidsters hem heel duidelijk dat ze daar niet van houden."

Annette springt Ineke bij: "Ook de andere kant is niet leuk. Ik ben de moeder van zo'n rotjochie dat overal voortdurend andere kinderen slaat en schopt. In heb geen idee hoe het komt: in tegenstelling tot wat iedereen onmiddellijk denkt, slaan wij hem echt nooit. Ik ben dus zo'n ouder die voortdurend door andere ouders wordt aangesproken op het agressieve gedrag van mijn kind. Dat snap ik best, maar het doet zo'n pijn dat iedereen hem zo'n rotjoch vindt."

Die 'andere' ouder voelt zich vaak net zo machteloos. Annette: "Wij vinden het helemaal niet stoer. Ik heb 136 boeken gelezen, met de creche overlegd, cursussen gevolgd, naar een psycholoog geweest. Niets helpt. Men moet wel begrijpen dat de ouders er niet altijd wat aan kunnen doen."

"Ouders zijn niet schuldig aan het agressieve gedrag van hun kind, maar ze kunnen wel wat doen", vindt Pien Oijevaar, psychotherapeut met een eigen praktijk in Bloemendaal, voor kinderen en hun ouders. "Agressief gedrag heeft niet alles met opvoeding te maken, maar wel iets. Kinderen die de neiging hebben om agressief te reageren, laten dat gedrag vaak al heel vroeg zien. Daar kun je in de opvoeding dus al snel op inspelen."

Oijevaar: "Veel agressieve kinderen kunnen slecht omgaan met frustratie. Vanaf de geboorte is een kind bezig zijn behoefte te bevredigen. Elk gedrag is daarop gericht. Het kind vraagt en de ouder geeft. En zo hoort dat ook. Maar als ze een jaar of twee zijn, als ze hun eigen wil ontwikkelen, dan begint het opvoeden. Dan is het moment gekomen om het kind te leren dat hij de bevrediging van zijn behoeften soms moet uitstellen. Je kunt nu eenmaal niet altijd je zin krijgen en je moet leren je te beheersen. Sommige kinderen leren dat niet zo snel. Zij moeten langer oefenen voordat ze dat kunnen."

Oijevaar: "Van moeders zoals Ineke en Annette wordt veel gevraagd: agressieve kinderen hebben vaak niet alleen meer aandacht nodig, ze stellen ook hogere eisen aan de opvoedkundige vermogens. Ouders kunnen daarbij vaak wel wat hulp gebruiken, bijvoorbeeld van een gedragstherapeut. Al was het alleen maar om te leren zien hoe je eigen gedrag als ouder gestuurd wordt door je angst voor het agressieve gedrag van het kind. Als je steeds te horen krijgt dat je kind een rotjoch is, heeft dat invloed op de manier waarop je met hem omgaat. Voordat je het weet geef je alleen nog maar negatieve aandacht aan zo'n kind. En zo komt ook een agressief kind soms veel te kort."