28 februari 2020

Wat is schrikkeljaar en hoe leg je dit uit aan je kind?

Waarschijnlijk weet je wel wat een schrikkeljaar is, maar weet je eigenlijk ook waarom we het hebben? Lees hier een stukje interessante geschiedenis over ons kalenderjaar.

 

Wat is schrikkeljaar

Een schrikkeljaar is een jaar dat geen 365 dagen, maar 366 dagen telt. Dit gebeurt om de 4 jaar waarbij februari 29 dagen heeft in plaats van 28 dagen. Een schrikkeljaar valt op een jaartal dat door 4 gedeeld kan worden. Voor eeuwjaren (bijvoorbeeld 1900, 2000 etc.) geldt dat het alleen een schrikkeljaar is als het ook door 400 gedeeld kan worden. Dus 1900 is geen schrikkeljaar, 2000 wel.

De naam voor schrikkeljaar is afkomstig van het woord scricken. Dit is een Middeleeuws woord wat zoiets betekent als ‘lopen met grote passen’ of vertaalt in het Engels ´leap day´. Het is een dag waarbij we met zijn alle even een sprongetje nemen om ervoor te zorgen dat ons kalenderjaar in de pas blijft lopen met de seizoenen.

Waarom hebben we een schrikkeljaar?

Waarschijnlijk wist je wel wat een schrikkeljaar was, maar weet je ook waarom we een schrikkeljaar hebben? Al heel vroeger ontdekte men dat een jaar bestaat uit diverse seizoenen die steeds terugkeren. Ze ontdekte ook dat dit samenhangt met de tijd die de aarde nodig heeft om de reis om de zon te maken.

De Romeinse kalender opgesteld op basis van de verschillende seizoenen. In deze kalender kende de maanden 29 dagen, een jaar had dus in totaal 355 dagen. Al snel merkte men dat het jaar zo niet meer in lijn liep met de seizoenen, daarom werd er om de 2 jaar een schrikkelmaand ingelast.

In 46 voor Christus (ja, dat is heeeeeel lang geleden) was Julius Caesar aan de macht en hij schafte de schrikkelmaanden af. Hij verdeelde de dagen van deze schrikkelmaand over de maanden, die 1 of 2 dagen langer werden. Nu duurde een jaar 365 dagen en liep het kalenderjaar in lijn met de seizoenen, maar nog niet helemaal. De aarde draait namelijk niet in precies 365 dagen om de zon, maar doet daar 365 dagen plus 6 uur over. Een kalenderjaar duurt daarom eigenlijk 6 uur te kort. Om dit tekort op te lossen besloot Caesar dat er om de 4 jaar een schrikkeldag moest zijn (6*4=24 uur).

Een prima oplossing voor het probleem, maar toch klopte het nog niet helemaal. Dat merkte men in de 16de eeuw toen ze erachter kwamen dat de kalender ongeveer 10 dagen afweek van de seizoenen. Hoe ze dat precies merkte, weet niemand, maar toch was het genoeg om nog een regel in te voeren. Deze regel werd ingevoerd door Paus Gregorius XIII. Hij stelde de Gregoriaanse kalender in (die we momenteel nog steeds hanteren). In dat jaar (1582) maakte ze de 10 dagen die ze achterliepen in een keer goed door van 4 oktober naar 15 oktober te springen. Om in de toekomst dit verschil te voorkomen bedachten ze de regel dat de eeuwjaren die niet door 400 gedeeld kunnen worden, geen schrikkeljaar zijn.

Hoe leg je een schrikkeljaar aan je kind uit

Je kunt een poging doen om het bovenstaande verhaal aan je kind uit te leggen, maar misschien is dat een beetje ingewikkeld (en lang). Je kunt wel zeggen dat de aarde om de zon draait. Deze reis maakt de aarde elke jaar en daar doet hij 365,25 dagen over. 365 dagen en een kwart dag dus. Omdat het net wat langer is dan de 365 dagen die in een jaar zitten, maken we die extra tijd elke 4 jaar weer goed door er een extra dagje bij te plakken, we kunnen een jaar namelijk niet 365 dagen en een kwart dag laten duren. Dat zou heel raar zijn. Waarom het een schrikkeljaar dan echt nodig is? Omdat het jaar anders op lange termijn niet meer met de seizoenen zou kloppen.