19 november 2006 door Justine Pardoen

Werkboek voor dikke kinderen

In Amerika kennen ze het probleem al langer, maar ook in Nederland begint het alarmerende vormen aan te nemen: obesitas oftewel overgewicht. Of gewoon 'dik' in de volksmond. Ouders Online signaleert een zorgelijke trend, en geeft tips om het probleem op te lossen.

Bespreking van:

Als je te dik bent - Werkboek om samen met je ouders aan je gewicht te werken

door: Berdien Van Wezel en Jet Vervloet-den Bieman

uitg.: Elsevier Gezondheidszorg

ISBN 90 352 2612 7 / 2e druk / 2003 / 80 blz

Prijs: EUR 10,-

Twee diëtisten hebben de koe bij de horens gevat en samen iets gemaakt waarmee kinderen zelf aan de slag kunnen om aan hun lichaamsgewicht te werken. Althans: het is de bedoeling dat die kinderen ernaar gaan streven om alleen nog maar in de lengte groeien, en niet meer in de breedte (of in gewicht). Echt afvallen hoeft dus niet, is het uitgangspunt. En dat is slim bedacht.

'Als je te dik bent' is een goed en zorgvuldig gemaakt werkboek. Het ziet er ook uit als een werkboek: een dik geniet schrift, mooi en rustig vormgegeven met slechts één steunkleur.

Contract

Het boek begint met het opstellen van een contract: een afspraak met de ouders die het kind op papier zet. Voor het bereiken van het einddoel mag je een jaar uittrekken. Moet haalbaar zijn.

Het boek is bedoeld als ondersteuning voor het hele proces. Het kán samen met een begeleidend diëtist gebruikt worden, maar het kan ook zonder. In het laatste geval is er wel een ouder nodig.

Het boek werkt op de klassieke manier: met verschillende soorten beloningssystemen. Het enige waarop gelet moet worden, is dat er geen beloning in de vorm van eten (of iets wat daarop lijkt) wordt ingezet.

Dagboeken

Wie zich wil houden aan het werkboek, moet veel bijhouden. Eetdagboeken, de hoeveelheid vocht die je tot je neemt, welke tussendoortjes je hebt gekozen, hoeveel je beweegt, en hoe vaak (en wanneer) je 'moeilijke momenten' hebt.

Maar ondanks de bewerkelijkheid ervan is zo'n systeem beslist nuttig, omdat het de beste manier is om inzicht te krijgen in je gedrag (of dat van je kind). En bovendien is een jaar ook heel lang: het werkboek hoeft natuurlijk niet in één maand uit zijn. Integendeel: het moet een jaar mee.

Voedselpiramide

Tussendoor is er veel uitleg over gezond eten. Maar ook weer niet te veel. Het wordt telkens nèt niet saai.

De voedselpiramide (vervanging van de schijf van weet-ik-hoeveel) wordt uitgelegd en er wordt een standaard-lijst gegeven van datgene wat een kind dagelijks nodig heeft. Daarnaast staan er voldoende concrete suggesties en voedingslijsten in, zodat het kind zichzelf – met het werkboek in de hand – inderdaad steeds weer even op het rechte pad kan zetten.

Goede hulp

De toon van alle vermaningen en richtlijnen waar het te dikke kind zich doorheen moet worstelen, is erg prettig. De auteurs hebben een goed evenwicht bereikt tussen de zuiver zakelijke informatie en het 'op je hurken gaan zitten' om het uit te leggen op de maat van een kind.

Overigens kan één flauwe, denigrerende opmerking van pa of ma het kind natuurlijk weer maanden afhouden van de goede weg. Let er dus heel goed op dat het kind voldoende gestimuleerd en gemotiveerd wordt, maar zonder dat er te veel druk op komt te staan. Een ouder die zelf ontevreden is over het eigen lijf, zal heel erg moeten oppassen de eigen sores niet te projecteren op het kind. In dat geval is er niet alleen werk aan de winkel voor het kind zelf, maar vooral ook voor de ouder!

Omschakelen naar nieuwe leef- en eetgewoonten is natuurlijk heel moeilijk. Volwassenen kunnen dat al slecht, en kinderen zijn daar heus niet beter in. De steun van ouders en anderen in de omgeving (denk aan de juf of meester!) is daarbij dan ook noodzakelijk. Maar als die er voldoende is, dan zal het werkboek effectief zijn, vermoed ik.

Lees ook: