27 december 2025 door Tessa

Toen ze krak hoorde, wist Iris (36) het meteen: ‘Hij viel van de schommel en ik zag dat zijn arm gebroken was.’

We waren in de speeltuin, het was niet te druk, de zon scheen en ik had zelfs een koffie meegenomen. Mijn zoon van vijf schommelde heen en weer en riep vrolijk: "Kijk eens hoe hoog ik ga, mama!"

Ik keek op van mijn telefoon, glimlachte, nam een slokje koffie en voelde me zo’n moeder, die alles onder controle heeft.

Toen gebeurde het.

Zo’n lelijke val

Hij wilde eraf springen. Dat zag ik aan hoe hij zijn benen al klaarzette en ik zag ook direct dat het mis zou gaan.

"Niet springen, gewoon laten remmen", riep ik nog.

Te laat.

Ik weet niet wat er precies misging, maar het was zo’n sprong waarbij alles nét verkeerd uitkwam. Geen mooie landing, geen stoere afsprong. Gewoon een klap, een tuimel en toen een harde KRAK. Dat geluid gaat echt door merg en been.

Mijn hart sloeg over. Ik sprong op en rende naar hem toe.

Hij lag op de grond, grote ogen, mond open maar er kwam geen geluid uit. Dat verschrikkelijke moment van een halve seconde waarin een kind nog niet besloten heeft of het gaat huilen of flauwvallen.

En toen… hysterisch gehuil.

Ik knielde naast hem "Waar doet het pijn?!" "Waar?!" Hij hield zijn arm vast. De arm die hij net op had proberen op te vangen. De paniek in zijn ogen. Hij had echt veel pijn.

Paniekmodus: AAN

Ik wist het zeker. Dit was foute boel. Dit was niet even je arm stoten en over vijf minuten is het over gevalletje. Dit was gevalletje ziekenhuis, gips, en drie maanden met een mitella rondlopen.

"Niet bewegen!" gilde ik, alsof ik een eerstehulparts was. Ik probeerde zijn arm te inspecteren, maar hij gilde alleen maar harder. Ondertussen begonnen andere ouders zich ermee te bemoeien.

"Viel hij hard?"
"Ik hoorde wel iets, maar misschien was het de schommel?"
"Moet ik 112 bellen?"

Alles in mij riep: JA, maar tegelijkertijd… wat als ik nu als overbezorgde moeder een ambulance bel en het is gewoon een gekneusd polsje?

De lange tocht naar het ziekenhuis

Uiteindelijk brachten we hem naar de auto, want ik vertrouwde mezelf niet genoeg om hier als een of andere trauma-arts een diagnose te stellen. Hij jammerde op de achterbank, hield zijn arm stil in een onmogelijke hoek en ik voelde me de slechtste moeder ooit omdat ik hem niet tegen had gehouden.

Bij de eerste hulp keek een arts ernaar, voelde even voorzichtig aan zijn pols en zei: "Hmm… niet gebroken, denk ik."

Ik keek hem ongelovig aan. "Niet gebroken?" "Maar ik hoorde het knakken!"

"Ja, dat kunnen ook gewoon pezen of spieren zijn. Even een foto maken om zeker te zijn."

Twintig minuten later zaten we met een licht gekneusde pols en een steunverband in de wachtkamer. Mijn zoon kreeg een sticker. Ik was opgelucht, en doodmoe, van de schrik en paniek.

Toen we thuis waren en ik hem op de bank had geïnstalleerd met een iPad en een ijsje, keek hij op en zei: "Mama, ik ga morgen gewoon weer op de schommel, hoor."

NOPE. Dát dacht ik dus even niet.

Reacties

Plaats een reactie

Vul een reactie in.
Vul a.u.b. je naam in.
Vul a.u.b. je e-mailadres in.