13 april 2023

De uitdagingen met een hoogbegaafde puber: zo gaan wij ermee om

Als ouder van een hoogbegaafd kind kan het soms voelen alsof je in een doolhof bent beland. Je zoekt naar de juiste begeleiding en uitdaging voor je kind, maar komt constant obstakels tegen. Jolijn deelt haar ervaring als moeder met een hoogbegaafde puber zoon op de middelbare school.

De basisschool viel tegen voor ons hoogbegaafde kind...

We hebben een dochter van 14 jaar en een zoon van 12 jaar oud. Beide kinderen waren snel in praten en dingen aanwijzen, maar onze zoon kon al woorden en zinnen lezen toen hij net 3 jaar was. We dachten dat dat kwam omdat zijn zus hem daarmee hielp en we hem vaak voorlazen, maar achteraf bleek dat toch anders te zijn. Hij keek zeer eigenwijs en alert de wereld in. Hij verheugde zich erg op de basisschool; hij zou dingen leren! Maar dat viel tegen, het was vooral knippen, plakken, kleuren, en letters leren. "Mam, we hebben vandaag de letter T geleerd. Maar die ken ik toch al lang." Hij vond vooral gymmen en buitenspelen leuk en de rest vond hij saai. In de kleuterklas koos hij vaak dezelfde activiteit. Verandering vond hij spannend. Ook afscheid nemen was een drama. Ik liet hem dagelijks huilend achter. Thomas bleek behoorlijk gevoelig te zijn.

Er waren geen docenten beschikbaar om ons hoogbegaafde kind te begeleiden

De juf van groep 3 meldde voor de zomervakantie dat hij weleens hoogbegaafd kon zijn. Hij stelde andere vragen, wist veel, maakte foutloze Citotoetsen en had een bepaald soort humor. Tijdens de zomervakantie las ik het boek van Tessa Kieboom "Hoogbegaafd, als je kind (g)een Einstein is" en de tranen rolden over mijn wangen van herkenning. In groep 4 heeft de school zijn intelligentie getest door hem "door te testen". Hij maakte Cito-toetsen uit hogere leerjaren om te kijken in welk leerjaar hij zou kunnen instromen. Hij zat vaak  alleen op de gang testen te maken, zo hoorden we van zijn zus. Zijn juf wist niet zo goed raad met hem, ze had immers 29 andere kinderen en had weinig kennis hierover, zei ze eerlijk. Met de intern begeleider hebben we naar andere uitdagingen gekeken, zoals een project maken in de klas (wel weer alleen) of hem vermaken in een Plus-klasje die ik als ouder zelf begeleidde. Er waren geen docenten beschikbaar hiervoor.

Kattenkwaad uithalen uit verveling

In groep 4 bleven ze hem maar testen, waardoor het lang duurde voordat we wisten wat zijn intelligentie was en wat hij nodig had. Na de kerstvakantie hebben we hem laten testen (de WISC V IQ-test) door een orthopedagoog, wat hij overigens prachtig vond. De opgaven waren leuk en hij kwam met rode wangen uit de praktijk. "Dit was leuk, mam!" Uit de test bleek dat hij hoogbegaafd was. In groep 4 was onze zoon soms vrolijk, dan weer depressief en teleurgesteld. Hij ging kattenkwaad uithalen in de klas uit verveling. Met moeite kwam hij dat jaar door, waarbij wij als ouders steeds projecten voor hem bedachten. We hadden overwogen om hem naar een andere school te laten gaan, maar vanwege de gevoeligheid van onze zoon hebben we dat nog niet eerder aangepakt. Als we het in zijn vertrouwde klas ook met wat aanpassingen konden redden, had dat onze voorkeur.

Zou hij het sociaal-emotioneel wel aankunnen? 

Aan het begin van groep 5 hebben we toch een gesprek gehad bij een andere school in ons dorp, want in groep 5 veranderde er niet veel. Op de andere school was er een Plusklas met een speciale docent. We zijn er gaan kijken en hoewel onze zoon het eerst niet wilde, hebben we een ochtend mogen meekijken en vond hij het geweldig. Wat waarschijnlijk heeft geholpen was dat zijn oudere zus, inmiddels in groep 7, ook besloot naar deze school te gaan. De enige voorwaarde die de nieuwe school stelde, was dat onze zoon groep 5 zou overslaan. Zijn gedrag en citotoetsen gaven aan dat hij een groep hoger aankon. We vonden dat een heel spannende keuze, zou hij dat sociaal-emotioneel wel aankunnen? We hebben daarvoor ook nog advies ingewonnen bij de orthopedagoog die hem had getest, en die raadde de overstap aan. Vanaf dag 1 voelde hij zich fijn. Hij kreeg weer uitdaging, maakte snel vrienden en het personeel had kennis van hoogbegaafdheid. Als hij met zijn werk klaar was in de klas, kreeg hij van zijn docent een knipoog, pakte hij zijn Plusklasmapje en vertrok naar de Plusklas. Om te schaken, aan een project te werken, een taal te leren, te knutselen. Het was een schot in de roos, mede dankzij de docenten die hem voor het eerst echt zagen en bekeken wat hij nodig had. We hadden regelmatig een gesprek met zijn docent, de Plusklasdocent en de intern begeleider om te bekijken of hij nog gelukkig was of meer nodig had. Hij was een heel ander kind...

Het Prisma-project

In groep 8 zijn we op zoek gegaan naar een middelbare school en hij heeft zelf gekozen voor een gymnasium, een hoogbegaafdheidsprofielschool. Hij zit nu in de tweede klas en het gaat met ups en downs. De meeste lessen zijn theoretisch en vindt hij saai. Maar hij heeft leuke vrienden/peers met een vergelijkbare intelligentie en snelle humor en woordgrappen. Hij heeft plezier. Hij doet mee aan het Prisma-project, waarbij hij met een groep kinderen één uur per week werkt aan een zelfgekozen project (zoals een taal, programmeren, filosofie, schaken, games bouwen of tekenen). Daarnaast mag hij 3 uur per week reguliere lessen overslaan om hieraan te werken.

Een fixed mindset bij hoogbegaafde kinderen

Het plannen en organiseren is nog lastig voor hem en regelmatig weet hij niet hoe hij moet leren. Hij heeft immers nooit leren leren. Als hij de stof één keer doorlas, kende hij het al. Hij denkt vaak dat hij iets niet kan en geeft snel op. Falen is voor hem geen optie. Deze kinderen hebben vaak een fixed mindset, zoals: "Ik kan dit toch niet! Het lukt nooit!", in plaats van een growth mindset, zoals: "Ik ga het proberen." Momenteel zijn we weer in gesprek met school voor aanpassingen, omdat hij weer depressief en apathisch is. De reguliere lessen zouden voor hem anders moeten zijn.

Zijn hoogbegaafdheid heeft impact op ons hele gezin

Zijn hoogbegaafdheid heeft aardig wat impact op ons gezin. Bepaalde vaardigheden, de zogenaamde executieve functies, zijn bij deze kinderen onvoldoende ontwikkeld, zoals organisatie, timemanagement en flexibiliteit. 's Ochtends op tijd vertrekken is een grote uitdaging. De schoenen en jas liggen elke dag ergens anders en de klok gaat sneller dan hij denkt. Alles moet op het laatste moment en dit gaat gepaard met veel kabaal en boosheid. "Wie heeft mijn schoenen op een andere plaats neergelegd?" Als hij niet goed in zijn vel zit, wat regelmatig het geval is, heeft dat invloed op ons hele gezin. We merken het direct als hij geen fijne dag heeft gehad. Hij begint niet aan zijn huiswerk, zit stoïcijns op zijn telefoon te scrollen en vindt echt niets leuk. Hij heeft geen oog voor zijn gezin of sociale leven. Gelukkig is voetbal zijn uitlaatklep, maar ook daar heeft hij soms geen zin in. Maar dat stimuleren we. Hij moet gewoon.

De zoektocht naar balans

We leven met een kind met meerdere leeftijden in zich. Aan de ene kant is hij een jonge jongen die met knuffels slaapt en nog verdrietig is over het overlijden van onze hond 3 jaar geleden. Hij is erg lief en attent. Aan de andere kant heeft hij zijn telefoon standaard op de Engelse instelling staan, spreekt vloeiend Engels, bouwt games en websites en volgt de verkiezingen op de voet. Een discussie met hem win je nooit, want hij weet altijd oude koeien uit de sloot te halen en heeft sterke argumenten. We proberen hierbij steeds een goede balans te vinden tussen hem laten zeggen wat hij denkt en hem soms laten weten dat hij ook dingen moet doen omdat dat van ons moet.

Hij is niet erg flexibel en wil graag weten waar hij aan toe is, maar in een jong gezin is dat lastig. Het loopt vaak anders dan verwacht en dat merken we aan hem. Als we spontaan besluiten om uit eten te gaan, hebben we een chagrijnig kind bij ons. Pas als hij merkt dat het toch gezellig is, verandert zijn stemming. Dit weerhield ons eerst om af te wijken van onze plannen, maar we nemen hem nu overal mee naartoe. Hij moet wennen aan het idee dat niet alles gaat zoals hij het liefst wil.

Vaak meer hoogbegaafde kinderen in een gezin

Omdat er vaak meerdere hoogbegaafde kinderen in een gezin zijn, hebben we onze dochter laten testen in groep 6. Zij is niet hoogbegaafd en daar zijn we blij mee, vooral omdat onze zoon regelmatig zegt: "Was ik maar gewoon. Ik zie geen voordelen aan hoogbegaafd zijn." Dit zorgt er wel voor dat het voor onze dochter lastig is om op te boksen tegen zo'n broer. Hij leert makkelijk, onthoudt dingen snel en heeft een brede interesse. Over het algemeen haalt hij goede cijfers, terwijl onze dochter hard moet werken. Dit leidt logischerwijs tot frustraties.

Opleiding tot Talentbegeleider

Om hem beter te kunnen helpen, ben ik bezig met een tweejarige opleiding om Talentbegeleider te worden. Hier leer ik alles over hoogbegaafdheid, het kinderbrein, het aanleren van vaardigheden en het omkeren van de fixed mindset, enzovoorts. In ons gezin leer ik mijn man en dochter dat Thomas een aantal dingen nog niet kan, omdat zijn brein nog niet is ontwikkeld op die executieve functies. We hebben daardoor meer geduld en begrip. Ik heb besloten om van mijn kennis en ervaring mijn werk te maken door mijn eigen praktijk op te starten. Zo kan ik andere ouders, kinderen en scholen helpen om gelukkig te zijn en hun talenten te benutten. Er zit namelijk zoveel meer in deze kinderen dan alleen "slim zijn".

Lees ook: