17 juni 2005 door Ellen Gerrits

Mijn kind kan soms niet op woorden komen. Moet ik mij zorgen maken? (7 jr)

Mijn zoon van bijna 7 kan regelmatig niet op bepaalde woorden komen. Hij kan normaal gesproken gerust wat vertellen zonder daar last van te hebben.

Als het voorkomt, zoekt hij duidelijk echt naar woorden en bedenkt dan wat. Soms maakt hij er grappige andere woorden van, zoals snelfietser (wielrenner) of koudekraansap (water). Hij doet dan gauw alsof het een grapje was.

Antwoord

U beschrijft dat uw zoontje regelmatig niet op woorden kan komen, maar u zegt ook dat hij meestal wel gewoon wat kan vertellen. Daarom vermoed ik dat het vooral gebeurt wanneer hij snel of enthousiast zijn verhaal kwijt wil. Wellicht worden zijn woordvindingsproblemen dus minder als u vraagt of hij wat langzamer kan praten.

Wanneer hij zelf geen last heeft van zijn woordvindingsproblemen, is het niet ernstig. Pas wanneer hij regelmatig niet uit kan leggen wat hij bedoelt, en u hem niet meer begrijpt, zou het een probleem kunnen worden. In dat geval adviseer ik u om contact op te nemen met een logopedist.

Woordvindingsproblemen uitlokken

Als een kind maar af en toe last heeft van woordvindingsproblemen, dan is het vaak moeilijk om dit objectief vast te leggen. Want tijdens een onderzoek is het kind meestal heel geconcentreerd, en krijgt het alle tijd, waardoor er in die situatie juist geen woordvindingsproblemen meer optreden. Het is dan net als bij de tandarts, dat je opeens geen kiespijn meer hebt.

Soms kunnen woordvindingsproblemen wel uitgelokt worden door het kind onder tijdsdruk te zetten, bijvoorbeeld door hem of haar zo snel mogelijk plaatjes te laten benoemen of zo snel mogelijk een verhaal te laten vertellen.

Phonological cueing

De (mooie!) voorbeelden die u noemde, geven aan dat uw zoon wél de betekenis weet van de woorden die hij even kwijt is. Hij verzint namelijk nieuwe woorden waaruit de betekenis is af te leiden, en die betekenis klopt met datgene wat hij wil zeggen. Dat is een goed teken.

Waarschijnlijk kan hij het woord meteen oproepen als iemand anders hem helpt met het noemen van de eerste klank. Bij echte afasie-patiënten, zoals bejaarden die een hersenbloeding hebben gehad, kan deze methode gebruikt worden als therapie. We noemen dat
phonological cueing treatment (PCT). U kunt het echter ook gewoon zelf doen bij uw zoon - al werkt dat natuurlijk alleen als
u weet welk woord
hij wil zeggen.

Op het puntje van de tong

Woordvindingsproblemen komen overigens bij iedereen voor. Een bekend fenomeen is het gevoel dat een woord op het puntje van je tong ligt.

Uit onderzoek is gebleken dat we onbewust toch veel weten over het woord dat niet gevonden kan worden, zoals het aantal lettergrepen en welke klinker in het woord zit ("iets met een A"). Soms komt het woord na dagen ineens te voorschijn, terwijl je er niet eens bewust aan hebt gedacht.