7 oktober 2013

Huisarts herkent autisme niet

Huisartsen en consultatiebureaus blijken grote moeite te hebben met het herkennen van autisme. Dat blijkt uit een grootschalig onderzoek van de Vrije Universiteit (VU) en De Nederlandse Vereniging voor Autisme (NVA).

Initiatieven om autisme meer onder de aandacht te brengen van professionals, lijken nog weinig effect te hebben. Het eerste vermoeden van autisme ontstaat meestal bij de ouders zelf. Slechts bij 1% van de kinderen kwam de huisarts met deze suggestie. (Zie ook: Hoe herken je autisme bij baby's, peuters en kleuters?)

"Deze uitkomst baart ons grote zorgen", zegt Swanet Woldhuis, interim-directeur van de Nederlandse Vereniging voor Autisme. "De huisarts doet zijn best, maar heeft onvoldoende kennis. Door de plannen voor de WMO en de nieuwe Jeugdwet zal ook de gemeente een cruciale rol gaan spelen in de toewijzing van zorg. Gemeentes zijn hier niet op voorbereid. Hoe kun je mensen helpen en het juiste advies uitbrengen als je niet eens autisme herkent?"

Het onderzoek ging overigens nog veel verder dan alleen de diagnose van autisme. Ook de begeleiding, behandeling, wonen, onderwijs, dagbesteding, vrijetijdsbesteding, sociale contacten, en algemeen welbevinden werden onderzocht.

Bron: Allemaal Autisme, Allemaal Anders (VU, 2013)