Ben jij eigenlijk voorbereid op het ouderschap en je baby? Dit kun je doen

19 augustus 2020 door Nynke

Na mijn tweede bevalling kreeg ik een postnatale depressie: mijn verhaal

Het is best gek. Ik ben helemaal niet zo slecht in het schrijven van verhalen, al zeg ik het zelf. Ik schuw het niet om over taboes te schrijven en persoonlijke dingen over mijzelf te delen. Niet vanwege de aandacht, maar in de hoop dat ik er iemand mee inspireer. Dat ik er iemand mee help. Daarom wil ik mijn verhaal delen, want er moet meer aandacht komen voor postnatale depressies. Maar nu ik eenmaal achter de laptop zit, heb ik moeite met het vinden van de woorden. Voel ik een grote knoop in mijn maag en krijg ik amper adem. Want schrijven over deze periode betekent ook terug gaan naar deze periode. En dat is iets waarvan ik dacht dat ik het wel ‘even zo zou doen’, maar wat uiteindelijk toch wat moeilijker blijkt te zijn.

Tweede zwangerschap

Mijn tweede zwangerschap was zwaar, heel zwaar. Lichamelijk, maar ook mentaal. Ik had enorm veel stress op het werk en had thuis ook al een peuter rond lopen (dochter van drie). Hierdoor kon ik niet de rust momenten pakken die ik nodig had en wanneer ik die wel kon pakken, koos ik voor iets anders dat van mijzelf moest (bijvoorbeeld het huishouden). Ik pushte mijzelf enorm en wilde mij niet laten kennen. Ik weet nog dat ik met 20 weken zwangerschap de ziektewet in ging vanwege een ondoenlijke situatie op mijn werk, maar dat hiervoor wel eerst gesprekken met mijn partner, familie, verloskundige en collega’s nodig waren. Zelfs toen ik met harde buiken naar huis ging, was het uiteindelijk een collega die mij die drempel overdrukte.

Steeds minder doen

Ik heb de rest van mijn zwangerschap in de ziektewet gezeten en met fysio oefeningen geprobeerd om in ieder geval de lichamelijke klachten wat te verminderen. Maar vanaf 26 weken mocht ik niets meer doen in huis en werd ik afhankelijk van mijn partner. Ik vond dat verschrikkelijk en dat leverde een mentale strijd op bij mijzelf. Ik wilde niet om hulp vragen. Ik wilde niet afhankelijk zijn van anderen. Hierdoor ging ik toch af en toe weer mijn grenzen over, wat dan weer een nieuwe mentale strijd opleverde.

En toen was hij er

Uiteindelijk werd mijn zoontje geboren op 7 juli. Het was een hele snelle bevalling en dat was echt een verademing ten opzichte van de eerste bevalling (meer dan 24 uur). Toch was deze tweede bevalling mentaal veel zwaarder. Doordat het allemaal zo snel ging, kon ik het lastig verwerken. Ik weet nog dat hij op mijn borst werd gelegd toen hij er eenmaal was, maar dat ik hem weer weg wilde hebben omdat ik nog zoveel pijn had. Terug denkend aan dat moment schiet ik weer helemaal vol en gaat er een steek door mijn hart. Ik weet dat ik op dat moment echt niet anders kon (want mijn hemel wat had ik toen nog veel pijn), maar wat zou ik het graag over willen doen.

Het eerste jaar

De kraamtijd was echt een rollercoaster en achteraf gezien had er toen misschien al wel een belletje moeten gaan rinkelen. Toch blijft het lastig inschatten, want tja je bent aan het ontzwangeren (dus hormonaal) en gebroken nachten doen ook iets met je. Dus zeg het maar. Was het toen al begonnen? Het werd in ieder geval in de loop van zijn eerste jaar wel duidelijk dat het met mij niet zo goed ging.

Tekst gaat verder onder afbeelding

Postnatale depressie

Veel mensen uit mijn omgeving vroegen zich af of ik niet een postnatale depressie had. Ik werd negatiever in mijn uitlatingen (ook over mijn kinderen), kon steeds minder hebben en werd ook meer en meer een minder leuk persoon. Zelf dacht ik dat het allemaal met de gebroken nachten te maken had. Mijn zoon bleek namelijk een slechte slaper te zijn. Als hij zou doorslapen zou het met mij ook goed komen. Wie hield ik voor de gek?

Faillissement werkgever

Toen mijn zoontje acht maanden was kreeg ik te horen dat mijn werkgever failliet ging. Ik besloot om eerst de weken van het faillissement uit te zitten en daarna op zoek te gaan naar ander werk. Sowieso kon ik niet anders, want mentale ruimte om te solliciteren was er niet. Ik zat nog steeds met gebroken nachten en met mezelf ‘in de knel’. Ik wist wel dat ik in een ‘gat’ terecht zou komen zodra de WW zou starten, maar nam dat voor lief.

Zwart gat

Op 18 april 2019 startte mijn WW en dat was het moment waarop ik compleet instortte. De grond trok onder mijn voeten weg en ik kwam in een diep en donker gat terecht. Mijn hoofd werd gevuld met donkere wolken en een vermoeidheid nam het over van mij. Die eerste paar dagen heb ik enorm veel gehuild en het liefste was ik in bed blijven liggen met de gordijnen dicht. Maar dat kon niet. Ik had twee kinderen die ik moeilijk aan hun lot kon over laten.

Een andere moeder

Ik vond het heel moeilijk om er voor ze te zijn, want ik was allesbehalve een leuke moeder. Ik had geen geduld en ondernam amper wat met ze. Hierdoor voelde ik mij schuldig. Nou ja, nog meer schuldig. Want mij schuldig voelen deed ik al maanden lang. Op een dag kwam ik in een dusdanig neerwaartse gedachten spiraal en bedacht ik mij ‘dat het beter voor ze zou zijn als ik er niet meer was’. Ze verdienden een betere moeder.

Wake-up call

Die gedachte was mijn wake-up call. Ze verdienden inderdaad een betere moeder, maar wel mij als moeder! Ik negeerde de ‘stemmetjes’ die zeiden dat ze toch geen verdriet om mij zouden hebben en besloot vrijwel direct om hulp te zoeken. Hier ging ik duidelijk niet in mijn eentje uitkomen. En hoewel die gedachten er echt nog wel vaker zijn geweest nadien, waren zij voor mij de reden om niet over te stappen in de actie modus. In dat donkere gat waar ik vast in zat, waren zij het lichtpuntje in de verte. Het lichtpuntje waar ik aan vasthield.

Doorverwijzing

Via de huisarts kreeg ik een doorverwijzing naar Dimence, maar daar heb ik uiteindelijk alleen maar intake- en onderzoekgesprekken gevoerd. Mede door de lange wachtlijsten, maar ook doordat er eerst het e.e.a. aan ziektebeelden uitgesloten (of bevestigd) moesten worden. Na een jaar heb ik mijn dossier maar laten sluiten, want hulp was niet meer nodig. Ik was zelf, met wat hulp van anderen, uit mijn depressie gekomen.

Lichtpuntjes

Mijn kinderen waren (en zijn) mijn lichtpuntjes. Ik had er even voor nodig om dat te zien, maar toen ik het weer zag hield ik daaraan vast. Elke dag waren zij voor mij een reden om op te staan, maar ook de reden om hulp te vragen wanneer het even niet ging. En die hulp kwam dan van mijn ouders, maar bovenal van mijn partner. Man man man, wat is hij een rots in de branding geweest. Hij was lief en zorgzaam wanneer ik het nodig had, maar gaf me ook net zo hard een trap onder mijn reet als het nodig was. Natuurlijk nam ik hem dat niet in dank af op die momenten, maar het hielp mij wel. Mijn liefde voor hem was al groot, maar na deze periode nog meer. Over lichtpuntjes gesproken.

Tekst gaat verder onder de afbeelding

Persoonlijke groei

Daarnaast ben ik gaan werken aan mijzelf als persoon. Lichamelijk, maar ook mentaal. Ik leefde zo enorm in mijn hoofd waardoor ik dingen vaak grotere maakte dan ze waren. Op die manier creëerde ik angsten voor mijzelf, maar trapte ik mijzelf ook de grond in. Ik vond mezelf nergens goed genoeg voor en dacht ook dat anderen zo over mij dachten. Mijn zelfwaarde was beneden het vriespunt kan ik je zeggen. Ik begon met het lezen van boeken op het gebied van mindset, ging (mindset) coaches volgen op social media, bekeek inspirerende filmpjes op YouTube, ik begon weer met 2x in de week te sporten en ging dagelijks mediteren.

Coachingstraject

Omdat het bij Dimence allemaal lang duurde, besloot ik op zoek te gaan naar een coach. Het werden er uiteindelijk twee. De eerste was een coach in opleiding en met behulp van het traject wat ik volgde bij haar, ging ik steeds meer ‘uit mijn hoofd’. Ze gaf mij veel oefeningen mee om thuis te doen en hierdoor ervaarde ik weer wat de kracht van (op)schrijven is. Het zorgt voor een goede helicopterview over de situatie/je eigen gedachtes én het maakt je hoofd leeg.

Onder de oppervlakte

De tweede coach die op mijn pad kwam, ging meer de diepte in met mij in haar sessies, met als uitgangspunt: mijn eigen waarde. Elke sessie ging gepaard met zulke mooie inzichten, maar waren wel heel zwaar. Sommigen brachten me terug naar iets waar ik niet naar terug wilde en sommige sessies lieten me zien waar ik absoluut niet naar toe wilde. Maar het was nodig, omdat ik daardoor begon te beseffen dat er dingen moesten veranderen.

Thuiskomen

Het was ook deze coach die het proces ook heel mooi verwoordde. Het was een proces van ‘thuiskomen bij jezelf’. Het werd tijd dat ik vanuit mijzelf ging leven. Volgende week wordt mijn zoontje twee en ik kan eindelijk zeggen dat ik thuis ben. Ik had er twee jaar (en misschien wel meer) voor nodig, maar het is mij gelukt. Ik ben thuis bij mijn kinderen, thuis bij mijn partner, maar bovenal thuis bij mezelf.

“If light is in your heart, you will find your way home.”

Lees ook: