20 oktober 1999 door Justine Pardoen

'Raakt een kind achter als het geen tv kijkt?'

Van januari 1999 tot april 2001 verzorgde Ouders Online elke woensdag een halve pagina over 'opvoeding' in het dagblad Trouw, geïnspireerd op datgene wat er die week bij Ouders Online was voorgevallen. Het onderstaande artikel maakt deel uit van die serie.

Ouders vragen zich regelmatig af of ze het wel goed doen met hun kinderen en televisie. Meestal gaat het dan over de mogelijke slechte invloed van veel kijken. Maar zou televisiekijken in deze tijd misschien goed of zelfs noodzakelijk kunnen zijn voor de ontwikkeling van een kind?

Nicole heeft al zeven jaar geen televisie in huis en wil dat graag zo houden. Maar ineens begint ze te twijfelen. Doet ze daar wel goed aan? Nicole: "Bij onze oudste van zes merken we dat zijn realiteitsbesef niet optimaal is. Alles wat hij ergens anders op televisie ziet, ervaart hij als 'echt' en dat valt hem niet uit het hoofd te praten. Raakt een kind 'achter' ten opzichte van zijn leeftijdgenootjes als hij geen televisie kijkt?"

Geen van de ouders op het Forum van Ouders Online heeft ervaring met een televisieloze opvoeding. Gezinnen rantsoeneren hun kinderen hooguit, maar drooglegging komt weinig voor. Anneke: "Ieder zijn manier van opvoeden hoor, maar is het bannen van de tv niet een beetje achterhaald?"

Dat televisiekijken voor kinderen alleen maar slecht is, dat hoor je inderdaad niemand meer zeggen. Ook Nicole niet. Ze hebben geen televisie, omdat zij en haar man dat zo prettig vinden. En nu wil ze weten of ze haar kinderen daarmee tekort doet. De positieve effecten van televisiekijken krijgen immers niet veel aandacht. In brochures en boeken voor ouders over de televisie-opvoeding staat daarover vaak niet meer te lezen dan de constatering dat televisiekijken de wereld van kinderen verbreedt en dat het voor plezier en ontspanning zorgt (brochure Stichting Jeugdinformatie Nederland).

Patti Valkenburg, pedagoge en hoogleraar Kind en Media (Universiteit van Amsterdam) wil niet spreken van de positieve of negatieve effecten van televisie. Alles hangt af van het soort programma's waar kinderen naar kijken, blijkt uit onderzoek. Wetenschappelijke aandacht richt zich overigens vooral op de invloed van kijken naar geweld, reclame en soaps.

Sommige programma's stimuleren de creativiteit en helpen kinderen om te gaan met emoties. Ze zien hoe de wereld eruitziet voor anderen en maken zo kennis met algemene normen en waarden, stereotyperingen en (voor)oordelen. Ook leren ze informatiestromen te verwerken. Valkenburg: "Maar al die dingen leren ze ook wel als ze thuis geen televisie kijken, hoor. Op school komen ze met televisie in aanraking en ze zullen toch wel eens naar de film gaan. En er is natuurlijk meer dan televisie."

Dat het kind van Nicole het verschil tussen werkelijkheid en fantasie nog niet goed weet, verbaast haar niets. Valkenburg: "Niet omdat hij te weinig met televisie geconfronteerd is, maar omdat dat nu eenmaal hoort bij zijn leeftijd. Het is heel normaal dat een kind van zes nog niet weet wat 'echt' is en wat niet. Sommige kinderen zijn sneller dan andere, maar tot een jaar of acht of zelfs tien kunnen kinderen daaraan twijfelen. Denk maar eens aan Sinterklaas."

"Kleuters gaan ervan uit dat de figuren die ze zien in het kastje zelf zitten. Pas als ze vijf of zes zijn, begint er iets te dagen. Dan zien ze het verschil tussen een tekenfilm en een gewone film. Ze ontdekken dan wel dat 'Pino' van Sesamstraat een verklede man of vrouw is, maar heel veel hebben ze ook gewoon nog niet door. Dat een acteur ook nog een eigen leven heeft bijvoorbeeld, of dat de klappen die hij uitdeelt niet echt zijn. Een zesjarige zit juist op de top van zijn vermogen om te fantaseren."

Valkenburg memoreert een test uit het boek 'Vierkante ogen' dat ze speciaal voor ouders schreef. Je kunt ontdekken hoever je kind in staat is fantasie van werkelijkheid te onderscheiden door het een aantal situaties voor te leggen en te vragen of dit echt kan gebeuren. Een hond die kan zingen en dansen. Ja of nee? Een meisje dat met een buitenaards wezen speelt? Een kat die een muis vangt? Een muis die een dief vangt? Een achtjarige twijfelt nog vaak. Hoe vaker het kind 'ja' antwoordt bij situaties die in de grote-mensenwereld als onmogelijk worden beschouwd, hoe voorzichtiger de ouders moeten zijn.

Valkenburg: "Veel ouders denken bij niet-realistische geweldprogramma's dat het allemaal wel meevalt, omdat het toch niet echt is. Maar juist omdat jonge kinderen dat nog niet goed doorhebben, heeft het geweld wel degelijk invloed." Ze wijst erop dat een ouder, die zelf het verschil tussen fanstasie en realiteit goed kent, moeilijk kan inschatten wat het effect van televisiegeweld is op de belevingswereld van kinderen.

Nicole kan gerust zijn. Het is niet nodig dat ze de televisie weer in huis haalt. Nog niet. Valkenburg: "Misschien verandert dat over een jaar of twee, als haar kindd op school nergens meer over kan meepraten. Dat telt voor een achtjarige enorm." Maar dat ziet ze dan wel weer.