Wetsvoorstel het passend onderwijs rammelt
uit de leeuwarder courant van vandaag:
EEUWARDEN - Het wetsvoorstel voor het passend onderwijs rammelt aan alle kanten, concludeert een adviescommissie van het ministerie.
Najaar 2012 komt te vroeg voor scholen om het passend onderwijs in te voeren. De Eerste Kamer buigt zich op zijn vroegst in het voorjaar van dat jaar over het wetsvoorstel. Het onderwijsveld heeft dan niet genoeg tijd om er een paar maanden later al mee te beginnen.
Hiervoor waarschuwt de Evaluatie- en adviescommissie passend onderwijs (ECPO), een onafhankelijk adviesorgaan van het ministerie. Ouders staan straks vrijwel volledig langs de zijlijn, zegt de commissie. Niet zij, maar een anderen kiezen waar hun kind naar toe gaat. Of dat oordeel ook deskundig zal zijn, is niet gewaarborgd.
Het zogeheten ontwikkelingsperspectief dat een school moet maken voor een zorgleerling, is niet realistisch, vindt de ECPO.
Het is onmogelijk om voor een kind dat net binnenstroomt al een plan te maken voor een periode van zes tot acht jaar, omdat niet bekend is hoe het zich zal ontwikkelen.
Onderwijsorganisaties krijgen veel te veel tijd om te beoordelen hoe ze een kind plaatsen, oordeelt de ECPO. De wachttijd kan maximaal acht maanden duren.
Het is bovendien niet zeker dat er voor elke leerling plaats is. Net als nu het geval is dreigt het risico dat leerlingen thuis komen te zitten.
Zorg over de zorgleerling
Niet de ouders maar een onderwijscommissie bepaalt straks naar welke school een kind met een handicap gaat.
Vooral de leerlingen met gedragsstoornissen eisen de politieke aandacht voor het speciaal onderwijs. Het is vooral deze groep die inomvang groeit en het is op dit terrein (gedrag) waar een toenemend aantal mensen een etiket - autisme, pdd nos - krijgt opgeplakt.
Minder vaak is de blik gericht op een ander deel van het speciaal onderwijs: leerlingen met lichamelijke of meervoudige handicaps en zeer moeilijk lerende kinderen. ,,Voor hen vormt het passend onderwijs dat de overheid wil een bedreiging’’, zegt Geert Diever.
Diever, zetelend in Drachten, is algemeen directeur van de Scholengemeenschap Speciaal Onderwijs Fryslân, die in 2010 770 leerlingen telde. Van hen zit 90 procent op speciale scholen, die zeer goed uitgerust zijn om deze jongeren vooruit te helpen.
,,Wij hebben maar zo’n tachtig kinderen in de ambulante begeleiding’’, zegt hij. Dit gaat om kinderen die niet op een speciale school, maar met hulp van experts op een ‘gewone’ school voor basis- of voortgezet onderwijs zitten.
De overheid wil veel meer leerlingen richting dat reguliere onderwijs hebben. Dat klinkt mooi en is een ideaal dat al oud is, maar werkt het ook?
Diever is sceptisch: ,,Alleen in onze doelgroep heb je al met drie niveaus te maken. Als die straks alle drie in het reguliere onderwijs komen, waar onderwijzers nu al met veel verschillen tussen leerlingen rekening moeten houden, hoe doe je dat dan?’’
Het zijn straks niet meer de ouders die kiezen welke kant hun kind opgaat, maar samenwerkingsverbanden van speciale en gewone scholen, zegt Diever.
Euro’s worden belangrijker dan onderwijsinhoudelijke afwegingen, vreest hij. Als het financieel het aantrekkelijkst is om leerlingen met een handicap op een gewone school te plaatsen, waarom zou een keurcommissie dan nog voor het duurdere speciaal onderwijs kiezen?
Deze scholieren opvangen in reguliere klassen is ambitieus.
,,Lukt het een onderwijzer deze kinderen op maat te helpen? Of worden ze alleen maar beziggehouden?
En is een kind met rolstoel of op een bed ook welkom?’’
Voor kinderen met (leer)handicaps zijn extra faciliteiten nodig.
InDamwâld toont speciale school De Wingerd wat Diever daarmee bedoelt. De Wingerd heeft een therapiebad, educatieve tuin, leerkeuken, technieklokaal en andere bijzondere ruimten. Daarnaast zijn er specialisten: psychologen, fysiotherapeuten, speltherapeuten en andere deskundigen.
Bijzonder is de snoezelruimte, waar kinderen tot rust kunnen komen met onder andere muziek, lichteffecten, een soort aquarium, doorzichtige buizen met luchtbellen in water én een waterbed. ,,It leit hearlik’’, zegt Oebele Harsma, baas op De Wingerd.
Ook zonder de bezuiniging die bij passend onderwijs hoort, gaat het al niet zo best met de educatie voor de ‘speciale’ leerlingen. Aan het onderwijs voor deze kinderen mankeert dikwijls veel. Zelfs de gespecialiseerde scholen ,,voldoen nog te weinig aan de voorwaarden voor goed onderwijs aan zorgleerlingen’’.
Diever: ,,Onze scholen hebben sinds 2003, toen de nieuwe leerdoelen door de overheid zijn vastgesteld voor ons type onderwijs, een geweldige kwaliteitsslag gemaakt.
Onze teams bestaan uit mensen die weten op welke wijze het beste uit het kind kan worden gehaald. Het meten van resultaten staat nog in de kinderschoenen, maar het gaat de goede kant op.’’
Het debat met minister van onderwijs Marja van Bijsterveldt in het gebouw van de Leeuwarder Courant is helemaal volgeboekt. Alle 250 plaatsen voor de avond op 25 mei zijn inmiddels vergeven.
Van Bijsterveldt komt in Leeuwarden discussiëren over de aangekondigde bezuinigingen op het onderwijs, passend onderwijs, krimp en kwaliteit van scholen.
Aanvulling --> zorg over zorgleerling
De laatste zin was weggevallen:
Het debat wordt vanaf half acht live uitgezonden op www.lc.nl/live.
Experimenteren
Bedankt Jolanda,
Hopelijk heb ik even de kans om naar het debat te kijken. Maar er zal mogelijk ook wel verslag van gedaan worden. En ondertussen tast iedereen maar zo'n beetje in het duister hoe het er straks zal uitzien.
En jammer is dat mensen van die onzekerheid alleen maar meer maneuvres uit gaan halen.
Het Aurum in Lelystad vraagt zich af of ze wel door kunnen gaan. En natuurlijk vraag ik me dat ook af voor de school van mijn kinderen.
Maar het gaat nog lang duren voor er iets duidelijk wordt behalve dat het wel erg veel experimenteren wordt.
