15 oktober 2010 door Nanny Gortzak

Onzekerheid bij het voeden - hoe ga je daarmee om?

Deze week twee vragen over hetzelfde thema: onzekerheid bij het voeden. Dus dat je niet meer weet of je het allemaal wel goed doet, omdat je baby opeens zo vervelend of raar doet. Hoe ga je daarmee om?

Vraag 1

Ik ben heel erg onzeker. Ik geef borstvoeding en nu komt mijn meisje om het uur om te drinken. Ik heb het idee dat ik niets meer heb, mijn borsten zijn heel slap.

En als ik denk dat er nog wél genoeg in zit, doet ze heel raar. Ze trekt aan mijn tepel met haar mond en begint dan te huilen. Het lijkt wel of ze de tepel niet meer kan pakken en dan wordt ze helemaal gek. Kunt u mij helpen?

Vraag 2

Mijn dochter is nu 4 maanden oud. Ze krijgt vanaf haar geboorte volledig borstvoeding. Bij haar geboorte woog ze 3.300 gram, inmiddels weegt ze ongeveer 6 kilo. De eerste 2 maanden heb ik gevoed op verzoek, daarna heb ik getracht wat langere pauzes in te lassen.

Toen ze 3 maanden oud was, begon ze plots haar hoofdje weg te draaien wanneer ik haar aan de borst probeerde te leggen. Soms weende ze, werd ze onrustig, of viel ze gewoon in slaap. Ze wou eigenlijk niet meer eten. Hier is voorlopig weinig verandering in gekomen.

We zijn nu een maand verder en het uurtje van de voeding is voor ons een ramp. Soms doe ik er 2 uur over om haar een beetje te laten eten. Dit wordt nog erger als we van huis zijn. Dan is ze nog meer afgeleid en wil ze nog minder eten. We beslissen vaak om gewoon thuis te blijven, uit angst dat onze dochter anders misschien weer in hongerstaking gaat!

Ze is voor haar leeftijd zeker niet te zwaar en ik ben bang dat ze, als we zo verder gaan, nog minder gaat aankomen. Verder ziet ze er goed uit, is ze meestal vrolijk en heeft ze gemiddeld 4 plasluiers van 100 cc per dag.

Ik ben ten einde raad. Op de eerste plaats omdat het eet-moment toch aangenaam zou moeten zijn voor moeder en kind, en mijn dochter genoeg zou moeten aankomen met de hoeveelheid melk die ik heb. Op de tweede plaats omdat dit aspect mijn leven totaal domineert. Zijn er tips die jullie me kunnen geven?

Antwoord

Veel moeders kunnen erg onzeker worden van het drinkgedrag van hun baby, wat soms nog versterkt kan worden door reacties uit de omgeving. Allerlei mensen, met of zonder ervaring, geven gevraagd of ongevraagd (vaak ongevraagd) advies over het drinken van de baby.

Dan kun je opmerkingen krijgen als: "Moet-ie nu alweer drinken? Dan is er iets niet goed met je melk!" Of: "Geef gewoon een flesje erbij, dan ben je van het probleem af." Ook adviezen als "voed vaker", of juist "voed minder vaak", maken het alleen maar verwarrender voor de moeder.

Hoe je daarmee omgaat, hangt onder andere af van de periode waarin het probleem optreedt: helemaal aan het begin, als de baby net geboren is, of als de baby al wat ouder is. Hieronder zal ik beide situaties beschrijven.

Leerperiode

Het moeilijke van een nieuwe baby (zelfs als het niet je eerste is) is dat je hem of haar moet leren kennen. Terwijl hij wel meteen vanaf de eerste seconde afhankelijk is van jou en hoe goed je hem of haar begrijpt. Daarom kijken moeders bij onrust en ontevredenheid bij de baby eerst – en heel terecht – naar het voeden en de luiers. En als je niet meteen een oorzaak vindt, kan dat heel onzeker maken.

Toch is deze leerperiode heel belangrijk voor zowel de moeder als de baby. Je leert zo op elkaar vertrouwen en op elkaar inspelen. Moeders leren welke behoeftes hun baby heeft, en baby's leren dat hun moeder (en hun vader natuurlijk) degene is waar ze op kunnen vertrouwen als ze laten merken dat ze een behoefte hebben.

Deze wisselwerking is van levensbelang; de baby is immers volledig afhankelijk van zijn verzorgers.

Stress-hormonen

Het huilen en mopperen van een baby veroorzaakt een verhoging van stress-hormonen bij de ouders, vooral bij de moeder. Het lichaam reageert daarop met een snellere hartslag, snellere ademhaling, en een onrustig gevoel van 'er moet iets gebeuren'.

Op zich is dat goed, want daardoor komt een moeder in actie voor haar baby. En zodra de moeder in actie komt, gaat zowel bij haar als bij de baby het stress-niveau weer omlaag. Tijdens het voeden is dat nog eens extra merkbaar door de borstvoedings-hormonen die vrijkomen. Die kunnen een rustig, en soms zelfs sloom of slaperig gevoel geven.

Goed kijken

Een moeder kan het proces van 'je baby leren kennen' versnellen door goed naar de baby te kijken. Omdat zij degene is die meestal de meeste tijd doorbrengt met de baby, is zij degene die de expert is.

Als een moeder en haar baby allebei gezond zijn (geen medicijngebruik, geen depressie, etc.) kan de moeder snel leren wat de behoeftes van de baby zijn, door het volgen van de signalen. Eten, schone luier, vasthouden, spelen, ergens rustig liggen om alles te verwerken en nieuwe prikkels te vermijden... allemaal behoeftes die een moeder makkelijk kan volgen.

Regeldagen, groeispurts en ontwikkelingssprongetjes

Maar dan. Als je denkt dat je het allemaal doorhebt, kan de baby ineens weer anders gaan doen. Sneller mopperig, onrustig, of niet tevreden met de voedingen.

De precieze oorzaak van dat soort signalen is niet bekend, maar ze staan bekend als 'regeldagen', 'groeispurt' of 'ontwikkelingssprongetje'. Regeldagen etc. treden meestal op in de volgende periodes:

  • rond 2 weken;
  • bij 4 à 6 weken;
  • bij 3 maanden;
  • bij 6 maanden.

Op dit soort dagen worden moeders extra onzeker, en hebben baby's behoeftes die de moeders niet lijken te begrijpen of niet kunnen vervullen. Het gaat echter weer voorbij. Soms heeft de baby een ander voedingspatroon na zulke dagen, wat de moeder nog onzekerder kan maken...

Regeldagen etc. en de borstvoeding

Ook voor de borstvoeding geldt in dit geval: kijk naar de baby. Probeer wat werkt, zelfs als dat betekent dat de baby veel vaker wil drinken dan daarvoor. Voordeel daarvan is dat de melkproductie zich dan snel aanpast aan een veranderde vraag, of weer op peil wordt gebracht wanneer de productie omlaag was gegaan.

Als er ineens twee of meer borsten gegeven moeten worden in plaats van eerder een, dan is dat wat de baby nu nodig heeft.

Onrustig aan de borst

Als de baby erg onrustig is aan de borst, probeer dan te voeden op een plaats waar de baby het rustigst is. In ieder geval een paar voedingen per dag. Maar zelfs buitenshuis zijn er vaak wel rustige plekken te vinden met geringe afleiding.

Naast de periodes van regeldagen (zie boven) is 4 à 5 maanden een moment waarop baby's erg onrustig kunnen zijn, en veel moeders het gevoel hebben alleen maar heel vaak heel kleine beetjes te voeden.

Draagdoek

Er zijn moeders die rond deze leeftijd uitsluitend in een draagdoek voeden, omdat dit de baby dicht bij de moeder houdt en ze afschermt van de omgeving.

Ook kan in een draagdoek tamelijk onopvallend gevoed worden, zodat heel frequent kleine beetjes voeden toch geen probleem hoeft te zijn in het dagelijks leven.

Bovendien slapen veel baby's erg prettig in zo'n doek. Bijvoorbeeld tijdens een wandeling, bij het boodschappen doen, of bij huishoudelijk werk. Dat geeft de moeder minder het gevoel dat haar leven beheerst wordt door het voeden van de baby. En het geeft de baby een goed slaapje, waardoor soms de spiraal van onrust, niet goed voeden, moe zijn, en opnieuw onrust, doorbroken wordt.

En bedenk: doordat de baby zo dicht bij de moeder is in een draagdoek, kan zij toch altijd goed de signalen van haar baby volgen en inspelen op de behoeftes.

Nog meer tips

Wat je ook kunt proberen, is:

  • voeden in een donkere kamer, liggend op bed;
  • of in bad of onder de douche;
  • of juist buiten (wel lastiger als het weer kouder wordt, maar denk dan aan laagjes hemden en shirts, zodat je buik warm blijft);
  • zonodig met muziek erbij, of ruis (wasdroger, stofzuiger), of een ontspannings-cd;

Dat hoeft allemaal niet met elke voeding, maar als je een manier van voeden vindt die goed werkt, dan geeft het al veel rust als je dat weet. Dat geeft dan een gevoel van meer vrijheid, omdat dan niet meer elke voeding de stress heeft dat die 'perfect' moet zijn.

Veel succes gewenst!