5 april 2002 door Mieke Beers

Opeens zegt ze overal een R - hoe kan dat? (3 jr)

Mijn dochter van ruim 3 jaar praat goed, kletst de hele dag en kan zich uitstekend uitdrukken. Ze is prima verstaanbaar, al een hele tijd.

Maar sinds een maand is de letter R ineens favoriet en plakt ze die overal aan vast. Alle SCH-woorden worden SCHR-woorden, dus 'schaap' wordt 'schraap'. De vraag "Mama, mag ik op je schroot?" is ook heel aandoenlijk.

Soms wordt de S aan het begin van een woord vervangen door een R: de oppas is omgedoopt tot Ruzanne terwijl ze toch echt Suzanne heet. Dat gebeurt ook met de W: een 'rijstWafel' is een 'rijstRafel' geworden.

Tot voor een maand sprak ze de woorden wel goed uit. Ik maak me er geen zorgen over; het zal vanzelf wel weer overgaan en ik zeg er ook niets van. Ikzelf probeer de woorden wel correct te blijven uitspreken, hoewel dat best lastig is. Een rijstrafel is immers veel leuker dan een rijstwafel...

Toch vraag ik me af waarom ze ineens die R overal tussenplakt. Hoe zit dat eigenlijk?

Antwoord

In de literatuur over kindertaal wordt het te pas en te onpas gebruiken van een specifieke klank, woordvorm of zinsvorm 'overgeneralisatie' genoemd. Een veel voorkomend geval is het onjuiste gebruik van verledentijdsvormen bij sterke werkwoorden ('kijken-kijkte' in plaats van 'keek', of 'slapen-slaapte' in plaats van 'sliep').

Kinderen doen dit als zij doorkrijgen dat er een regel is die elk werkwoord een verledentijdsvorm geeft door er -te of -de achter te plakken. De eerder correct gebruikte vormen 'keek' en 'sliep' worden nu óók – tijdelijk – onderhevig aan deze regel, totdat de sterke werkwoorden als uitzonderingscategorie op deze regel worden verworven.

Overgeneraliseren met de r

Klaarblijkelijk is uw dochter het principe van overgeneralisatie aan het toepassen op de regel dat in het Nederlands een R onderscheiden moet worden van andere klanken, zoals in de voorbeelden die u noemt: R in plaats van W, en R in plaats van S.

Zij moet echter nog nader bepalen in welke woorden (en op welke plaats daarin) de R wel of niet mag voorkomen.

Zo werkt het

Het voorbeeld 'schoot-schroot' geeft aan hoe uw dochter te werk gaat. Zij is het verschil in betekenis gaan herkennen tussen woorden met een R na SCH (zoals: 'schrikken' en 'schrijven') en vergelijkbare woorden zónder R na SCH (zoals: 'schikken' en 'schijven').

Blijkbaar speelt die R een belangrijke rol in het bepalen van de betekenis van het woord. Nu probeert zij of er ook andere vergelijkbare paren bestaan: schoot-schroot, schaap-schraap, en in welke betekenis iedere vorm moet worden toegepast. Misschien moet 'schoot' wel 'schroot' zijn?

Leerproces

Aangezien u zelf steeds de juiste vormen blijft zeggen, zal uw dochter snel leren welke uitspraakvorm bij welke betekenis hoort.