21 april 2006 door Nadia Eversteijn

Welke van de vier omgevingstalen moeten we kiezen voor de opvoeding van ons kind?

Ons kind wordt – als alles goed gaat – volgende maand geboren. We vragen ons af in welke talen we het moeten opvoeden. We hebben de keuze uit maar liefst vier talen, waarvan we er twee willen kiezen.

Want is het namelijk niet zo dat als een kind meer dan twee talen meekrijgt, dit nadelig is voor de (taal)ontwikkeling? De toekomstige vader is dyslectisch en meent dat dat met zijn drietalige opvoeding te maken heeft. Ikzelf ben Nederlandse, mijn man is half-Kroatisch.

We hebben de keuze uit:

1. Nederlands - ikzelf en mijn volledige familie zijn Nederlandstalig. Het kind gaat geboren worden en vooralsnog leven in Nederland. We zijn het erover eens dat het kind in ieder geval Nederlandstalig moet worden opgevoed. De toekomstige vader kan echter nog nauwelijks Nederlands. Hij wil het wel leren, maar leert de taal zeer moeizaam.

2. Duits - de toekomstige vader is half-Duits van vaderskant en is opgegroeid in Duitsland, waar hij ook zijn professionele en sociale leven heeft. Of beter: heeft gehad. Want op dit moment is hij bezig hier in Nederland iets op te bouwen. Bij hem thuis wordt, als er Duitsers bij zijn, (uitstekend) Duits gesproken. Het zou kunnen dat wij een toekomst in Duitsland gaan opbouwen, als zijn werk dat vraagt.

Bij mijn Nederlandse familie bestaan echter nog weerstanden tegen Duits spreken, vanwege het oorlogsverleden van Nederland en Duitsland. Degenen die Duits kunnen spreken (en dat kunnen ze niet allemaal), komen de toekomstige vader echter graag tegemoet in Duits.

Ik spreek vloeiend Duits, in die mate dat ik mij moeiteloos onder Duitsers in hun taal bewegen kan. Maar als voorbeeld voor een kind dat de taal moet leren, is mijn Duits gammel. Ik zou mijn Duits eventueel wel kunnen verbeteren, al heb ik er wel een beetje een vreemd gevoel bij om Duits tegen mijn kind te gaan praten. Liever zou ik het in het Engels doen. Daarover straks meer.

3. Kroatisch - de toekomstige vader is van moederskant Kroatisch. Bij hem thuis wordt er – als ze onder elkaar zijn – Kroatisch gesproken. Het gaat dan om de moeder en de broer van de toekomstige vader en de vrienden van zijn moeder. Meer familie is er niet.

De moeder houdt de band met Kroatië stevig in stand, elke drie maanden gaat ze naar het familiehuis aldaar en voor ons toekomstige gezinnetje wordt ook zeker enigszins in overweging genomen in het familiehuis te gaan wonen.

Het toekomstperspectief is daar echter niet groot. Ikzelf kan makkelijk talen leren en zou, in het geval dat we daarheen zouden trekken, vloeiend Kroatisch kunnen leren.

Uiteraard kan niemand van de Nederlandse familie een woord Kroatisch.

4. Engels - dit is de communicatietaal tussen de toekomstige ouders en tussen de Nederlandse familie en de toekomstige vader. Het Engels is vloeiend, maar zeker niet perfect. Ikzelf heb een (inmiddels meerderjarig en zeer bij het gezin betrokken) pleegkind, dat alleen Engels kan en geen Duits.

De Kroatische moeder van de toekomstige vader is lerares Engels aan de universiteit geweest en spreekt perfect Engels. Ook de broer van de toekomstige vader (en daarmee zijn gehele familie) spreekt goed Engels. Wij verwachten geen toekomst in een Engelstalig land en denken dat het kind hoe dan ook later Engels zal leren, gezien de positie van het Engels als wereldtaal.

Mijn vraag is dus: welke twee van de bovenstaande talen zijn nu geschikt om ons kind in op te voeden?

Antwoord

Een kind kan best drietalig of zelfs viertalig opgevoed worden, zonder dat dat nadelig is voor zijn taalontwikkeling. Ik wil uw vraag graag beantwoorden, maar ik ga u dus niet vertellen welke twee talen u zou moeten spreken. Dat laat ik helemaal aan uzelf over. Wel zal ik u wat meer vertellen over dyslexie, en over opvoeden met meer dan twee talen.

Meertaligheid en dyslexie

De toekomstige vader denkt dat zijn dyslexie te maken heeft met zijn drietalige opvoeding. Er bestaat echter geen enkel verband tussen meertaligheid enerzijds en dyslexie of andere problemen met taal anderzijds.

Dyslexie is erfelijk bepaald. Een kind dat één ouder heeft met dyslexie, heeft 40 tot 50% kans er ook aanleg voor te hebben. Bij twee dyslectische ouders ligt dit percentage rond de 80%. Er bestaat dus zeker een kans dat uw kind ook dyslectisch zal blijken te zijn, maar dat kunt u niet beïnvloeden door meer of minder talen te gebruiken in de opvoeding.

Ongeveer de helft van de kinderen met dyslexie vertoont ook problemen met de vroege spraakontwikkeling. Maar nogmaals: dat is niet beïnvloedbaar. Eventuele problemen kunnen dus niet voorkomen worden door een kind bloot te stellen aan minder talen.

Opgroeien met meer dan twee talen

Kinderen kunnen heel goed opgroeien met meer dan twee talen. Dat betekent echter niet dat ze al die talen even vloeiend zullen gaan spreken, aangezien ze die talen niet allemaal even frequent zullen horen.

De talen die ze het meeste horen, zullen ze vloeiend leren beheersen, zowel passief (verstaan en lezen) als actief (spreken en schrijven). De andere talen leren ze vaak alleen passief. Maar dat is ook veel waard!

Kijkt u ook eens in het archief van deze vraagbaak: daarin staat een groot aantal bijdragen over drie- en viertaligheid.

Het kiezen van een taal

Ik raad u en uw man aan om ieder voor zich met jullie kindje te spreken in die taal waarin ieder zich het beste kan uiten. Voor u is dat waarschijnlijk het Nederlands, want dat is uw moedertaal. Uw man kan zelf het beste bepalen in welke taal hij het gemakkelijkst communiceert.

Ik begrijp dat uw man twee moedertalen (of eigenlijk: een moeder- en een vadertaal) heeft, namelijk het Duits en het Kroatisch. Hij kan een van beide kiezen, of allebei. Kiest hij voor allebei, dan is het handig als hij consequent een vaste taal voor vaste situaties kiest. Bijvoorbeeld: Duits overdag, en Kroatisch bij het voorlezen en naar bed gaan. Het is maar een voorbeeld hoor, hij moet zelf bepalen wat bij hem past.

Zolang jullie maar redelijk consequent zijn in de taalkeuze (een taal per persoon, of een taal per situatie), bieden jullie je kindje voldoende gelegenheid om de verschillende talen te leren onderscheiden.

Ook de toekomstige grootmoeder en de oom van vaderskant, kunnen gewoon zelf bepalen in welke taal zij het liefst met hun kleinkind – respectievelijk neefje of nichtje – willen communiceren.

Engels

Wat sympathiek trouwens, dat u opmerkte dat uw kind hoe dan ook wel Engels zal leren, omdat het een wereldtaal is. Daarmee geeft u blijk van het inzicht dat niet alleen de talen die maatschappelijk en economisch succes op kunnen leveren (zoals het Engels), belangrijk zijn voor een kind.

Belangrijk zijn die talen die het kind nodig heeft om met de mensen in zijn directe omgeving te communiceren!

Beetje consequent

Samengevat hoeft u eigenlijk niets aan uw huidige taalkeuze-gedrag te veranderen. Zolang u maar een beetje consequent bent in de manier waarop u uw kindje aanspreekt. Taal is onderdeel van iemands identiteit: kiest u daarom gerust met uw hart.

Ik wens u veel geluk. Stuurt u nog een (viertalig?) geboortekaartje naar Ouders Online?