22 augustus 2003

10 Tips voor het omgaan met druk gedrag

Kinderen zijn vaak druk; dat hoort nu eenmaal bij het kind-zijn. Het hoeft echt niet meteen op ADHD te duiden. Soms is druk gedrag gewoon een vraag om aandacht, of een vorm van onmacht, of een signaal dat je kind niet lekker in zijn vel zit. De onderstaande tips kunnen u helpen bij het omgaan met druk gedrag. Of uw kind nu ADHD heeft of niet.

1. Bied structuur

Een druk kind is gebaat bij een duidelijke structuur. Plotselinge veranderingen van een planning kan een druk kind namelijk niet goed aan (en een 'normaal' kind vaak ook niet, trouwens).

Dus: probeer zo duidelijk mogelijk te zijn in datgene wat je van je kind verwacht. Vertel wat hij of zij wel mag en en wat niet. Maak eventueel een lijstje met de belangrijkste huisregels en afspraken.

2. Geef positieve aandacht

Drukke kinderen krijgen veel aandacht voor hun negatieve gedrag. Daardoor vergeten we wel eens om ze te prijzen voor wat ze wél goed doen. Let er dus op dat je je kind dus ook aandacht geeft voor dingen die goed gaan.

Belonen van goed gedrag doe je niet met geld of cadeaus, maar met een lach, een grapje, een aai over zijn bol, een extra knuffel, of samen iets ondernemen zonder de anderen.

3. Train 'geduld uitoefenen'

Drukke kinderen vinden het vaak moeilijk om geduldig te zijn. Ze zijn snel gefrustreerd als iets niet lukt. Word dan niet boos, maar help hen bij het vinden van oplossingen. Zo krijgt een kind de kans te leren waar zijn eigen kracht ligt en om zijn creativiteit te gebruiken.

Zowel voor het kind als voor de ouder is het belangrijk om zo veel mogelijk te trainen in geduld hebben. Vanaf 6 jaar kun je er een spelletje van maken, aangepast aan de leeftijd van het kind: doe een wedstrijd wie het langste een bepaalde behoeftebevrediging (zak chips, tv kijken, etc.) kan uitstellen.

4. Wees voorzichtig met straffen

Straffen kan het kind opzadelen met een negatief zelfbeeld. Harde straffen zijn uit den boze, lichamelijke straffen zouden verboden moeten worden. Elke keer dat je een klap uitdeelt, geef je eigenlijk een brevet van onvermogen af. Maar bovendien zijn lijfstraffen schadelijk voor je kind. Niet doen dus.

Bedenk dat een straf altijd onmiddellijk op het verkeerde gedrag moet volgen, en niet een paar uur of een dag later. Houd er ook rekening mee dat de beste straf er eentje is die het kind zichzelf ook zou geven.

Meestal is een kind dat echt iets verkeerds heeft gedaan, voldoende gestraft door hem korte tijd iets te ontnemen wat hij fijn vindt: even de groep uit. Even weg uit de gezellige huiskamer. Niet mee met zijn vrienden. Een middag geen televisie of computer.

5. Ken je kind

Vertrouw op je gevoel over je kind. Leer zijn karakter kennen: probeer daarom met regelmaat te praten over zijn en je eigen gevoelens.

Praten over gevoelens moet je trouwens wel leren. Als een kind klein is, moet je het daarom helpen zijn of haar gevoelens onder woorden te brengen. Neem daar de tijd voor en ontwikkel je eigen vaardigheden hierin. Ontdek (en respecteer) wanneer je kind wel wil praten en wanneer niet.

Het is belangrijk dat je als ouder snel ziet hoe het met je kind gaat, wanneer het overprikkeld raakt, en wanneer het rust nodig heeft. Alleen zo kun je hem of haar helpen zichzelf te leren kennen, zijn eigen gevoelens te ontdekken en te leren zichzelf te beheersen als dat nodig is.

6. Zorg voor ontspanning

Breng rust en regelmaat in het gezinsleven. Bouw ook bewust momenten voor onstpanning in. Probeer je kind daarbij te helpen; zeker een druk kind stopt gewoon niet uit zichzelf. Ontdek wat wel en niet werkt voor jouw kind.

Bijvoorbeeld:

  • stel je kind eens voor om gewoon midden op de dag lekker in bad te gaan, of een lange douche te nemen;
  • ga samen eens een eindje hardlopen, of een wedstrijdje racen op de fiets;
  • masseer je kind met een lekker geurende olie;
  • samen koken kan ook heel ontspannend zijn;
  • denk aan de mogelijkheid van kinderyoga, waarbij kinderen zelf ontspanningstechnieken leren.

Als een kind eenmaal weet wat het moet doen als het zich opgejaagd voelt, dan heeft het daar een leven lang plezier van.

7. Geef je kind de kans ertoe te doen

Breng mogelijkheden in het leven van je kind om te ontdekken dat hij of zij ertoe doet voor anderen. Veel kinderen gaan een gevoel van overbodigheid namelijk afreageren met druk gedrag. Maar ook niet-drukke kinderen vinden het fijn als hun ouders laten merken dat ze blij zijn met hen.

Zorg ervoor dat je kind een vriendschap kan ontwikkelen. Ook al komt het slecht uit: als je kind een vriendje wil uitnodigen voor het eten of een logeerpartij, zeg niet te snel nee.

Hetzelfde geldt als je kind iets wil doen voor jou (zelf iets koken, schilderen, of schoonmaken): sla een aanbod van je kind in principe nooit af, ook al betekent het dat je er zelf meer tijd aan kwijt bent om de rommel weer op te ruimen.

Een kind wil weten dat hij ertoe doet voor zijn omgeving, vooral zijn ouders.

8. Maak je huis 'child proof'

Drukke kinderen zijn vaak onhandig; er valt bijvoorbeeld zomaar een glas om. Of ze lopen dwars door een glazen deur. Vaak gaat er iets mis waar je je flink aan kunt ergeren.

Zorg er dus voor dat je je tolerantiegrens flink omhoog brengt, en gebruik humor.

Help jezelf én je kind door je omgeving aan te passen. Bijvoorbeeld:

  • vervang die glazen deur tijdelijk door eentje van kunstsof;
  • geef je kind drinken in een stevige beker, zoals deze;
  • zet alles wat breekbaar is, en waaraan je erg gehecht bent, gewoon weg;
  • zoek een plek waar je kind zich kan uitleven, hang een touwladder op, dat kan zowel buiten als binnen of koop een boksbal, zoals deze speciaal voor kinderen.
  • zet een kleine trampoline neer. Er zijn trampolines zonder net, zoals deze die met een doorsnede van nog geen meter zo klein is dat hij ook binnen kan staan. Is je kind erg onhandig, is een trampoline met net misschien een veiligere optie.
  • hang een basket aan een buitenmuur.

Kortom: leer je kind hoe het kan omgaan met een overschot aan energie en kraak hem of haar er niet op af.

9. Zorg goed voor jezelf

Het leven met een druk kind kan heel zwaar zijn. Zorg daarom voor manieren om jezelf weer op te laden.

Probeer bijvoorbeeld gelegenheid te vinden om er even tussenuit te gaan en probeer het contact met je partner niet te verliezen. Praat er met andere ouders over in een veilige omgeving (zoals via het Forum van Ouders Online) en informeer jezelf.

Wanneer je denkt dat je het niet meer alleen aankunt, schroom dan niet om hulp te vragen. Praat er bijvoorbeeld eens over met de huisarts.

10. Blijf genieten van je kind

Tot slot: leer te genieten van je kind. Een kind is meer dan alleen maar zijn gedrag. Dwing jezelf terug te kijken naar mooie momenten. Stop bijvoorbeeld niet met foto's maken (en ze in te plakken) als de kleutertijd voorbij is, maar blijf fotograferen (en inplakken), zodat je ook samen met je kind momenten kunt herbeleven die fijn waren.

Wees blij met wat er goed gaat en stel regelmatig je verwachtingen bij. Want een kind met ontevreden ouders kan nooit gelukkig zijn.

In dit artikel wordt gebruik gemaakt van affiliate links.