4 maart 2005 door Ellen Gerrits

De zinsbouw van mijn kind is niet goed. Is dat een concentratie-probleem? (5½ jr)

Ik heb een zoon van 5½ jaar. Hij loopt al een jaar bij een logopedist. Het gaat al iets beter, maar volledige zinnen spreekt hij niet. Bij alle zinnen laat hij de lidwoorden achterwege. Ik heb zelf het idee dat het ook met zijn concentratie te maken heeft.

Heeft hij op dit moment de juiste hulp?

Antwoord

Eerlijk gezegd denk ik niet dat de slechte zinsbouw van uw zoon het gevolg is van een concentratieprobleem. Wél denk ik dat hij op dit moment de juiste hulp heeft.

Aandachts- en concentratieproblemen

Ernstige aandachts- en concentratieproblemen kúnnen taalproblemen veroorzaken. Ongeveer 30-35% van de kinderen met ADHD heeft een taalstoornis. Bij deze kinderen is het van belang om zowel de concentratie- en gedragsproblemen als de taalachterstand te behandelen.

Wanneer een kind niet stil kan zitten, of anderszins niet in staat is om tijdens logopedische therapie mee te werken, wordt soms eerst gedragstherapie geadviseerd.

Specifieke taalproblemen

Uit uw vraag blijkt niet dat er sprake is van ernstige concentratieproblemen. Die zouden dan immers ook in andere omstandigheden zichtbaar moeten zijn. Ik vermoed daarom dat de taalproblemen van uw zoon
niet worden veroorzaakt door een gebrek aan concentratie.

Daarnaast is het ook niet aannemelijk dat een verminderde concentratie de specifieke taalproblemen veroorzaakt die u beschrijft, zoals beperkte zinsbouw en geen gebruik van lidwoorden.

Ik kan me overigens wél voorstellen dat de zinsbouw van uw zoon zal verbeteren als hij geconcentreerd oefent, maar dat is iets anders.

Zinsbouw

Concentratie is geen voorwaarde voor een goede zinsbouw. Een belangrijk kenmerk van onze taal is namelijk dat het een volledig geautomatiseerd proces is. Dat betekent dat we ons niet extra hoeven te concentreren om te spreken. Dat geldt ook voor kinderen.

Over de taalontwikkeling wordt vaak opgemerkt dat het zo 'vanzelf' gaat, dus zonder extra inspanning van het kind. In principe is dat waar, maar jammer genoeg geldt het niet voor alle kinderen. Ongeveer 10% van de kinderen heeft een taalachterstand waarvan de oorzaak vaak onbekend is.

Telegramstijl

Het spreken in onvolledige zinnen, in een soort telegramstijl, is kenmerkend voor kinderen met een taalstoornis. Juist de grammaticale regels, de zinsbouw, en het gebruik van lidwoorden en voorzetsels krijgen deze kinderen moeilijk onder de knie.

Onder neurologen en verzekeraars wordt dit wel 'dysfasie' genoemd. Taalkundigen houden het liever bij de neutrale term 'taalstoornis'. Meer over deze terminologische kwestie leest u in het
dysfasie-dossier van Ouders Online.

Logopedie

Voor de behandeling van dit soort taalproblemen bent u bij de logopedist op het juiste adres. Het doel van de therapie is om via oefeningen de zinsbouw te verbeteren en te zorgen voor
transfer (overdracht) naar spontane taal.

Bij een ernstige en hardnekkige taalontwikkelingsstoornis kan speciaal onderwijs voor kinderen met Ernstige Spreekmoeilijkheden (de zogenaamde ESM-school) nuttig zijn.

Mijn advies

Ik zou u aanraden om met de logopedist te bespreken hoe groot de taalachterstand van uw zoon is, en wat zijn of haar verwachtingen zijn omtrent zijn vooruitgang.

Tevens raad ik u aan om samen met de leerkracht en de logopedist te praten over de overgang naar groep 3 (ik neem aan dat hij nu in groep 2 zit) en over de mogelijkheden voor extra taalhulp op school.

Groep 3 is een belangrijk schooljaar, omdat uw zoon dan gaat leren lezen en spellen. Een goede mondelinge taalvaardigheid vormt de basis voor het leren van de schriftelijke taal. Het is daarom van belang om te zorgen voor een optimale taalbasis, voordat hij naar groep 3 gaat.

Succes ermee!